17 NL Lekcja Danny

 0    31 Datenblatt    karoltabaka
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
Właśnie skończyliśmy malować dom.
Lernen beginnen
We zijn net klaar met het verven van het huis.
Chcę ufarbować włosy na czerwono.
Lernen beginnen
Ik wil mijn haar rood verven.
Pomalowałem ściany na biało.
Lernen beginnen
Ik heb de muren wit geverfd.
Dlaczego pomalowałeś kanapę na czerwono?
Lernen beginnen
Waarom heb je de bank rood geschilderd?
Odświeżyć kolor.
Lernen beginnen
De kleur verversen.
Strona jest odświeżana co 5 minut.
Lernen beginnen
De pagina wordt elke 5 minuten ververst.
Nie zamierzam chodzić na zajęcia.
Lernen beginnen
Ik ga geen les doen.
Trzy najbardziej znane miasta.
Lernen beginnen
De drie meest bekende steden.
Brad Cohen to chłopiec z zespołem Tourette'a.
Lernen beginnen
Brad Cohen is een jongen met het syndroom van Gilles de la Tourette.
Spójrz, żyrafa.
(Brabant en Limburg)
Lernen beginnen
Moet je kieken, een giraffe.
Gronings, tak stary, znasz Gronings?
Lernen beginnen
Gronings, ja man ken je Gronings?
Jeśli wpadniesz na nie podczas przerwy, musisz uważać.
Lernen beginnen
Als je hun in de pauze tegenkomt moet je ff opletten.
Wszyscy ci Groningers mówią mokrym „t”.
Lernen beginnen
Al die Groningers praten met een natte ‘t’.
Siostrzenica (ciotlka, ciota) = homo.
Lernen beginnen
De nicht = homo.
Oni tak mówią.
Lernen beginnen
Die praten helemaal zo.
A potem widzisz tych facetów (ci ludzie) stojących przy zagrodzie dla drapieżników.
Lernen beginnen
En dan zie je die lui (die mensen) staan bij het roofdierenverblijf.
Czy nigdy nie zauważyłeś?
Lernen beginnen
Is het je nooit opgevallen?
Podnoszą się co jakiś czas, ale nigdy nie wiadomo kiedy.
Lernen beginnen
Die gaan om de zoveel tijd omhoog maar wanneer weet je nooit.
Hej Rientje powinieneś oglądać gazelę na stepie.
Lernen beginnen
Hé Rientje moet je kijken een gazelle op de steppe.
Tukker → ktoś z Twente (Achterhoek) (Dennis Schouten, znany Holender z Twente).
Lernen beginnen
Tukker → iemand uit Twente (de achterhoek) (Dennis Schouten, bekende Nederlander uit Twente).
To nie brzmi (dobrze).
Lernen beginnen
Dat klinkt niet (goed).
To taki Doutzen.
Lernen beginnen
Dat is zo’n Doutzen.
Kroes - typ 80 (biust).
Lernen beginnen
Kroes - achtig typetje.
Wszystko gotowe, gotowe.
Lernen beginnen
Helemaal klaar, helemaal klaar d’rvoor.
Buck uprząż - System pasów nośnych, na których można przenosić sprzęt.
Lernen beginnen
Bokkentuig - Stelsel van draagriemen waaraan uitrusting gedragen kan worden.
Utrzymuj dobry kontakt wzrokowy, uśmiechaj się i nie wiercić się.
Lernen beginnen
Houd goed oogcontact, glimlach, en ga niet friemelen.
Wierciłeś się całą noc.
Lernen beginnen
Je bent al de ganse avond aan het friemelen.
Ona i tak wysycha na miejscu!
Lernen beginnen
Ze droogt toch ter plekke op man!
Ciasto jest wyrabiane i pieczone na miejscu.
Lernen beginnen
Het deeg wordt ter plekke gekneed en gebakken.
Napisz 5 zdań o tym, co już wiesz o Anne Frank.
Lernen beginnen
Schrijf 5 zinnen over wat je al weet over Anne Frank.
Przeczytaj artykuł i zapisz 2 nowe rzeczy, których nauczyłeś się z artykułu.
Lernen beginnen
Lees het artikel en schrijf 2 nieuwe dingen op die je hebt geleerd van het artikel.

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.