→ Anders → Start Lernen / Flashcards Herunterladen MP3

Frage		Antworten
tymczasowy Lernen beginnen		voorlopig
wspaniale! Lernen beginnen		geweldig
według, zgodnie z Lernen beginnen		volgens
świętować Lernen beginnen		vieren
przyjęcie Lernen beginnen		feest
zaraz Lernen beginnen		dadelijk
kwota Lernen beginnen		bedrag
odczuwać ulge Lernen beginnen		opgelugt
rozsądny Lernen beginnen		verstandig
poród Lernen beginnen		bevaling
ciąża Lernen beginnen		zwangerschap
obecny Lernen beginnen		aanwezig
rozstrzygnąć Lernen beginnen		afreikenen
natychmiast Lernen beginnen		meteen
jestem niesamowity Lernen beginnen		ik ben geweldig
Zaraz do ciebie zadzwonię Lernen beginnen		ik bel je dadelijk terug
zgłoszenie Lernen beginnen		aangifte
wdzięczny Lernen beginnen		dankbar
przynieść, zaprowadzić Lernen beginnen		brengen
doświadczenie Lernen beginnen		ervaring
tak sobie, tak ot tak Lernen beginnen		zomaar
jak, tak jak Lernen beginnen		zoals
różne sporty Lernen beginnen		verschillenden sporten
odebrać Lernen beginnen		halen
stan podgorączkowy Lernen beginnen		verhoiging
wysokie ciśnienie Lernen beginnen		hoge druk
szczegółowa porada Lernen beginnen		uitgebreid advies
po porodzie Lernen beginnen		na bevaling
Posługuję się wieloma językami, w tym angielskim, holenderskim Lernen beginnen		ik spreek vee talen under andere Engels, Nederlands
slutek uboczny Lernen beginnen		bejwerking
jej Lernen beginnen		haar
go, jego Lernen beginnen		hem
młodzież Lernen beginnen		jeugdt
wcześniej Lernen beginnen		eeder
Umówię się później zrobię spotkanie pożniej Lernen beginnen		ik maak later een afsprak
Nie martw się Lernen beginnen		makt je geen zorgen
nasz Lernen beginnen		onze
wasz Lernen beginnen		de jouwe
pracowałam w opiece społecznej Lernen beginnen		Ik werkte in de sociale zorg
pracowałam jako asystent osoby niewidomej Lernen beginnen		Ik werkte als assistent voor een blinde
być Lernen beginnen		zijn
uczyć się, Lernen beginnen		leren
pewnie Lernen beginnen		hoor
ty, twój Lernen beginnen		je
móc, mieć pozwolenie Lernen beginnen		mogen
zanotować Lernen beginnen		opschrijven
stawiać Lernen beginnen		zetten
siedzieć Lernen beginnen		zitten
no to Lernen beginnen		dan
płeć Lernen beginnen		geslacht
Nie znam jeszcze okolicy Lernen beginnen		ik ken de buurt nog niet
pusty Lernen beginnen		leeg
leżeć Lernen beginnen		liggen
Mam ochotę na kawę Lernen beginnen		ik heb zin in koffi
wszystko Lernen beginnen		alles
spotykać Lernen beginnen		ontmoeten
denerwujący, irytujacy Lernen beginnen		vervelend
oferować Lernen beginnen		aanbiden
miły, ładny Lernen beginnen		leuk
iść razem Lernen beginnen		meegan
wziąść Lernen beginnen		nemen
sam, osobiście Lernen beginnen		zelf
wezmę kawę Lernen beginnen		Ik neem koffie
zaczynać się Lernen beginnen		beginen
hałas Lernen beginnen		lawaai
fajnie Lernen beginnen		mooi
zadowolony Lernen beginnen		tevreden
no!, jednak Lernen beginnen		toch
dziać się, zdarzać się Lernen beginnen		gebeuren
stać Lernen beginnen		staan
zabrać z sobą Lernen beginnen		meenemen
do Lernen beginnen		langs
czsami Lernen beginnen		af en toe
odpowiadać Lernen beginnen		antwoord
używać Lernen beginnen		gebruiken
czasami Lernen beginnen		weleens
ważyć Lernen beginnen		wegen
tłuszcz Lernen beginnen		het vet
schudnąć Lernen beginnen		afvallen
mniej Lernen beginnen		minder
cały Lernen beginnen		heel
każdy Lernen beginnen		ieder
dokładny, skrupulatny Lernen beginnen		precies
pomiędzy Lernen beginnen		tussendoor
brudny Lernen beginnen		vies
chude mleko Lernen beginnen		mager melk
cały, wszystkie Lernen beginnen		alle
mi, mnie, mną Lernen beginnen		mij
Mój Lernen beginnen		mejn
jego Lernen beginnen		zijn
ona Lernen beginnen		zij
sam Lernen beginnen		alleen
tam Lernen beginnen		daar
słońce Lernen beginnen		de zon
ten, ta, to Lernen beginnen		dit
mnie samej Lernen beginnen		mezelf
mieć wątpliwości co do czegoś Lernen beginnen		twijfelen
dopiero co Lernen beginnen		net
razem Lernen beginnen		samen
pokazać Lernen beginnen		tonen
połączenie Lernen beginnen		verbinding
przyjazd Lernen beginnen		aankomst
odjeżdżać Lernen beginnen		vertrekken
bezpośredni Lernen beginnen		directe
według, zgodnie z Lernen beginnen		volgens
naprzeciwko Lernen beginnen		tegenover
wierzyć, wydawać się Lernen beginnen		geloven
dokąd Lernen beginnen		naartoe
najpierw dokąd? Lernen beginnen		eerst nartoe
jasny, oczywisty Lernen beginnen		duidelijk
mądry, sprytny, pojętny Lernen beginnen		slim
Będę trochę później Lernen beginnen		ik kom wat later
co, trochę Lernen beginnen		wat
około godziny Lernen beginnen		ongeveer een uur
wysyłac sms Lernen beginnen		teksten
wiadomość Lernen beginnen		het appje
wysyłać wiadomość Lernen beginnen		appen
wiadomość Lernen beginnen		het appje
powiedz Danie Lernen beginnen		zeg jij het tegen de Danie
plaża Lernen beginnen		het strand
opowieść, bajka Lernen beginnen		het verhaal
odprawa, zalogowac sie kartą Lernen beginnen		inchecken
wsiadać Lernen beginnen		instappen
wysiadać Lernen beginnen		uitstappen
teraz gotuję. Lernen beginnen		ik ben nu aan het koken.
poprosić o Lernen beginnen		aanvragen
kłótnia Lernen beginnen		de ruzie
trwać Lernen beginnen		duren
lekarstwo Lernen beginnen		medicijn
nacisnąć Lernen beginnen		toetsen
być przeziębionym Lernen beginnen		verkauden
powiedzieć do Lernen beginnen		zeggen tegen
Zgadza się Lernen beginnen		dat klopt
Przepraszam,żałować Lernen beginnen		het spijt me!
gdzieś Lernen beginnen		ergens
nigdzie Lernen beginnen		nergens
płacić Lernen beginnen		afrekenen
mydło Lernen beginnen		de zeep
Szczoteczka do zębów Lernen beginnen		tandenborstel
zdrowie Lernen beginnen		gezondheid
posiłek Lernen beginnen		de maaltijd
lek przeciwbólowy Lernen beginnen		pijnstiller
schody Lernen beginnen		de trap
maść Lernen beginnen		zalf
pigułka Lernen beginnen		de pil
zmarł(a) Lernen beginnen		overleden
spadać, upaść Lernen beginnen		vallen
porównywać Lernen beginnen		vergelijken
straszny Lernen beginnen		verschrikkelijk
oba, oboje, obydwoje Lernen beginnen		allebei
ważny Lernen beginnen		belangrijk
współlokator Lernen beginnen		huisgenoot
Mieszkaniec Lernen beginnen		bewoner
nawet Lernen beginnen		zelfs
przyjemność Lernen beginnen		plezier
miec na myśli Lernen beginnen		bedoelen
jesień Lernen beginnen		najaar
wiosna Lernen beginnen		voorjaar
zanotować Lernen beginnen		noteren
Chciałbym zapytać o moje badanie Lernen beginnen		ik will grag over mijn testen vragen
przegapić, bralować Lernen beginnen		missen
pogawędka Lernen beginnen		het praatje
rodzina Lernen beginnen		het gezin
się, siebie, nawzajem Lernen beginnen		elkaar
kilka Lernen beginnen		een paar
zielony Lernen beginnen		groen
winda Lernen beginnen		de lift
brzydki Lernen beginnen		lelijk
pobrać Lernen beginnen		downloaden
miły Lernen beginnen		aardig
szczekać Lernen beginnen		blaffen
przez Lernen beginnen		door
głośno Lernen beginnen		hard
dźwięk Lernen beginnen		het geluid
płakać Lernen beginnen		huilen
Zgadza się rzeczywiście Lernen beginnen		iderdaat
brzmieć Lernen beginnen		klinken
śmiać się Lernen beginnen		lachen
ledwo Lernen beginnen		nauwelijks
wychowywać Lernen beginnen		opvoeden
niektóre Lernen beginnen		sommige
silny Lernen beginnen		sterk
miekki,łagodny Lernen beginnen		zacht
ciężki, ciężko Lernen beginnen		zwaar
bezpieczeństwo Lernen beginnen		veiligheid
niebezpieczeństwo, zagrożenie Lernen beginnen		het gevaar
odważyć się Lernen beginnen		durven
ostrożny Lernen beginnen		vorzichtig
wypadek Lernen beginnen		het ongeluk
odpoczywam Lernen beginnen		ik rust uit
tłumacz Lernen beginnen		vertaler
Badania Lernen beginnen		onderzoek
posypać Lernen beginnen		strooien
ogólny Lernen beginnen		algemeen
uwaga Lernen beginnen		andacht
kradzież Lernen beginnen		de diefstal
włamywacz Lernen beginnen		de inbreker
problem(miec problwm z) Lernen beginnen		de last
kamień Lernen beginnen		steen
zamykać Lernen beginnen		dichtdoen
rzucać Lernen beginnen		gooien
w tym samym czasie Lernen beginnen		tegelijk
opuszczać, wychodzić Lernen beginnen		weggan
mianowicie Lernen beginnen		namelijk
założyć Lernen beginnen		aantrekken
Zgoda Lernen beginnen		afgesproken
wkrótce, niedługo Lernen beginnen		binnenkort
rzeczy Lernen beginnen		de spullen
nosić Lernen beginnen		dragen
mieć rację Lernen beginnen		gelijk hebben
wydawać Lernen beginnen		uitgeven
,prawda Lernen beginnen		waar
tego popołudnia Lernen beginnen		vanmiddag
Ukończyłem już poziom A1 Lernen beginnen		Ik heb niveau A1 al afgerond
Chciałbym kontynuować naukę Lernen beginnen		Ik wil graag verder studeren
uszkodzony Lernen beginnen		beschadigt
zamawiać Lernen beginnen		bestellen
przechowywać Lernen beginnen		bewaren
opakowanie Lernen beginnen		verpakking
przez jakiś czas Lernen beginnen		een tijdje
różnica Lernen beginnen		het verschil
pokazywać Lernen beginnen		laten zien
zwrócić Lernen beginnen		terugbrengen
niezwykłe Lernen beginnen		ontzettend
znany Lernen beginnen		bekend
podjąć decyzję Lernen beginnen		beslissen
przeznaczyć Lernen beginnen		besteden
sposób Lernen beginnen		de manier
pożyczać Lernen beginnen		lenen
niemożliwy Lernen beginnen		onmogelijk
Wystarczająco Lernen beginnen		voldoende
Wreszcie Lernen beginnen		endelijk
paczka Lernen beginnen		het pakketje
pudełko Lernen beginnen		de doos
odesłać Lernen beginnen		terugsturen
otrzymasz wiadomość e-mail Lernen beginnen		untvangt een e-mail
oddać Lernen beginnen		afgeven
dane Lernen beginnen		gegeven
podpis Lernen beginnen		handtekening
lokalizacja Lernen beginnen		de locatie
powód Lernen beginnen		reden
Poczta Lernen beginnen		postkantoor
przyklejać Lernen beginnen		plakken
odłożyć Lernen beginnen		turugleggen
Jak to zrobić? Lernen beginnen		Hoe doe je dat?
oddać paczkę Lernen beginnen		afgeven pakket
moje zamówienie jest nieprawidłowe Lernen beginnen		mijn besteling is niet juist
czy mogę odesłać? Lernen beginnen		kan ik retur sturen?
dane są nieprawidłowe Lernen beginnen		gegevens zijn niet juist
sukienka nie pasuje Lernen beginnen		de jurk passen niet
westeinderplassen Lernen beginnen		westeinderplassen
szczery, uczciwy Lernen beginnen		eerlijk
kłamać, Lernen beginnen		liegen
zły, Lernen beginnen		kwaad
miły, słodki Lernen beginnen		lief
to prawda Lernen beginnen		dat is waar
to jest znamię Lernen beginnen		dit is een moedervlek
Skończyłam studia jako opiekunka osób starszych Lernen beginnen		Ik ben afgestudeerd als ouderenverzorger
Skończyłam studia jako opiekunka osób starszych Lernen beginnen		Ik ben afgestudeerd als ouderenverzorger
nie czuję się dobrze Lernen beginnen		ik voel me niet lekker
Pośpiesz się Lernen beginnen		opschiten
temat Lernen beginnen		onderwep
znaczysz, znaczy Lernen beginnen		betekent
co mogę dla ciebie zrobić? Lernen beginnen		wat kan ik voor u doen?
Chciałbym zgłosić, że jestem chory Lernen beginnen		ik wil grag ziek melden
poczęstunek Lernen beginnen		traktatie
Chcę odwołać wizytę Lernen beginnen		ik wil afsprak afzeggen
Chcę przełożyć wizytę Lernen beginnen		ik wil afspraak verzette

Anders

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.

Mehr