het huis

 0    34 Datenblatt    grzegorzbargiel
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
łazienka
Lernen beginnen
de badkamer
łóżko
Lernen beginnen
het bed
drzwi
Lernen beginnen
de deur
ścierka, szmata
Lernen beginnen
de doek, de vod
pudełko
Lernen beginnen
de doos
prysznic
Lernen beginnen
de douche
dom
Lernen beginnen
het huis
pokój dzienny
Lernen beginnen
de huiskamer
wieszak na płaszcze
Lernen beginnen
de kapstok
kuchnia
Lernen beginnen
de keuken
mysz
Lernen beginnen
de muis
mur
Lernen beginnen
de muur
sypialnia
Lernen beginnen
de slaapkamer
krzesło
Lernen beginnen
de stoel
stół
Lernen beginnen
de tafel
schody
Lernen beginnen
de trap
woda
Lernen beginnen
het water
wc
Lernen beginnen
de wc
mydło
Lernen beginnen
de zeep
iść
Lernen beginnen
gaan
ik - ga jij - gaat hij/zij - gaat | wij gaan jullie - gaan zij - gaan u - gaat
dawać
Lernen beginnen
geven
ik - geef jij - geeft hij/zij - geeft | wij - geven jullie- geven zij - geven
pomagać
Lernen beginnen
helpen
ik - help jij - helpt hij/zij - helpt | wij - helpen jullie - helpen zij - helpen
gotować
Lernen beginnen
koken
ik - kook jij - kookt hij/zij - kookt | wij - koken jullie - koken zij - koken
chwycić coś
Lernen beginnen
iets pakken
ik - pak jij - pakt hij/zij - pakt | wij- pakken jullie - pakken zij - pakken
brać
Lernen beginnen
nemen
ik - neem jij - neemt hij/zij - neemt | wij - nemen jullie - nemen zij - nemen
spaść
Lernen beginnen
vallen
ik - val jij - valt hij/zij - valt | wij - vallen jullie - vallen zij - vallen
mieszkać
Lernen beginnen
wonen
ik - woon jij - woont hij/zij - woont | wij - wonen jullie - wonen zij - wonen
być
Lernen beginnen
zijn
ik - ben jij - bent hij/zij - is | wij - zijn jullie - zijn zij - zijn
na dół
Lernen beginnen
beneden
na górę
Lernen beginnen
boven
widno
Lernen beginnen
het is licht
ciemno
Lernen beginnen
donker
łatwo
Lernen beginnen
makkelijk
trudno
Lernen beginnen
moeilijk

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.