→ Mijn Les → Start Lernen / Flashcards Herunterladen MP3

Frage		Antworten
he desire (for) Lernen beginnen		het verlangen (naar)
to show (to) Lernen beginnen		laten zien (aan)
(in) the countryside Lernen beginnen		(op) het platteland
to notice Lernen beginnen		merken
the future Lernen beginnen		de toekomst
as soon as possible Lernen beginnen		zo snel mogelijk
the conversation Lernen beginnen		het gesprek
the impression Lernen beginnen		de indruk
to count Lernen beginnen		tellen
the habit Lernen beginnen		de gewoonte
in the past Lernen beginnen		vroeger
the advantage Lernen beginnen		het voordeel
according to Lernen beginnen		volgens
actually Lernen beginnen		eigenlijk
after that Lernen beginnen		daarna
again Lernen beginnen		weer
ago Lernen beginnen		geleden
all (of) the Lernen beginnen		alle
all sorts/kinds of Lernen beginnen		allerlei
always Lernen beginnen		altijd
any more Lernen beginnen		meer
as ... as Lernen beginnen		zo ... als
at the same time Lernen beginnen		tegelijk
awake Lernen beginnen		wakker
both Lernen beginnen		allebei
clear(ly) Lernen beginnen		duidelijk
compared to Lernen beginnen		vergeleken met
completely Lernen beginnen		helemaal
dangerous Lernen beginnen		gevaarlijk
desperate(ly) Lernen beginnen		wanhopig
different (things) Lernen beginnen		verschillende
during Lernen beginnen		tijdens
each other Lernen beginnen		elkaar
especially / mostly Lernen beginnen		vooral
even Lernen beginnen		zelfs
even though Lernen beginnen		ook al
every Lernen beginnen		iedere
everything Lernen beginnen		alles
everywhere Lernen beginnen		overal
famous Lernen beginnen		beroemd
far Lernen beginnen		ver
fixed / set Lernen beginnen		vast
high Lernen beginnen		hoog
in any case Lernen beginnen		in ieder geval / in elk geval
in the end Lernen beginnen		uiteindelijk
in the middle Lernen beginnen		in het midden
in the past Lernen beginnen		vroeger
independent Lernen beginnen		onafhankelijk
just (simply) Lernen beginnen		gewoon
just like Lernen beginnen		net als
less Lernen beginnen		minder
little / few Lernen beginnen		weinig
low Lernen beginnen		laag
most of the time / usually / normally Lernen beginnen		meestal
never Lernen beginnen		nooit
nice (pleasant) Lernen beginnen		fijn / prettig
north of Lernen beginnen		ten noorden van
northern Lernen beginnen		noordelijk
not yet Lernen beginnen		nog niet
nowhere Lernen beginnen		nergens
only (small amount) Lernen beginnen		maar
only / alone Lernen beginnen		alleen
original(ly) Lernen beginnen		oorspronkelijk
otherwise Lernen beginnen		anders
polite Lernen beginnen		beleefd
previous Lernen beginnen		vorige
probably Lernen beginnen		waarschijnlijk
ready / done Lernen beginnen		klaar
responsible Lernen beginnen		verantwoordelijk
safe Lernen beginnen		veilig
satisfied Lernen beginnen		tevreden
sensitive (to) Lernen beginnen		gevoelig (voor)
sharp Lernen beginnen		scherp
similar Lernen beginnen		vergelijkbaar
so so Lernen beginnen		matig
some (a quantity/amount/number of) Lernen beginnen		wat
some (of the)... Lernen beginnen		sommige
somewhere Lernen beginnen		ergens
still Lernen beginnen		nog / nog steeds
strange Lernen beginnen		vreemd
That depends. Lernen beginnen		Dat hangt ervanaf.
the accident Lernen beginnen		het ongeluk
the air / the sky Lernen beginnen		de lucht
the area Lernen beginnen		het gebied
the arrival Lernen beginnen		de aankomst
the belt Lernen beginnen		de riem
the bowl Lernen beginnen		de schaal
the building Lernen beginnen		het gebouw
the business trip Lernen beginnen		de zakenreis
the coast Lernen beginnen		de kust
the complaint Lernen beginnen		de klacht
the contribution Lernen beginnen		de bijdrage
the decision Lernen beginnen		de beslissing
the dentist Lernen beginnen		de tandarts
the departure Lernen beginnen		het vertrek
the design Lernen beginnen		het ontwerp
the development Lernen beginnen		de ontwikkeling
the difference Lernen beginnen		het verschil
the disaster Lernen beginnen		de ramp
the distance Lernen beginnen		de afstand
the education / the training Lernen beginnen		de opleiding
the elections Lernen beginnen		de verkiezingen
the exchange rate Lernen beginnen		de wisselkoers
the experience Lernen beginnen		de ervaring
the fact Lernen beginnen		het feit
the follow-up Lernen beginnen		de afhandeling
the forest Lernen beginnen		het bos
the goal / the purpose Lernen beginnen		het doel
the government Lernen beginnen		de regering / de overheid
the insurance Lernen beginnen		de verzekering
the invitation Lernen beginnen		de uitnodiging
the key Lernen beginnen		de sleutel
the lake Lernen beginnen		het meer
the law Lernen beginnen		de wet
the level Lernen beginnen		het niveau
the life Lernen beginnen		het leven
the love Lernen beginnen		de liefde
the message Lernen beginnen		de boodschap
the message (e-mail) Lernen beginnen		het bericht
the neighbourhood Lernen beginnen		de buurt
the only... Lernen beginnen		de/het enige...
the opinion Lernen beginnen		de mening
the picture / the card Lernen beginnen		het plaatje
the place (spot) Lernen beginnen		de plek
the port / the harbor Lernen beginnen		de haven
the power Lernen beginnen		de macht
the preference Lernen beginnen		de voorkeur
the profit Lernen beginnen		de winst
the proposal Lernen beginnen		het voorstel
the reason Lernen beginnen		de reden
the responsibility Lernen beginnen		de verantwoordelijkheid
the scientist Lernen beginnen		de wetenschapper
the screen Lernen beginnen		het scherm
the shape Lernen beginnen		de vorm
the ship Lernen beginnen		het schip (plural: schepen)
the shoulder Lernen beginnen		de schouder
the similarity Lernen beginnen		de overeenkomst
the skin Lernen beginnen		de huid
the smell Lernen beginnen		de geur
the snacks / bites Lernen beginnen		de hapjes
the snow Lernen beginnen		de sneeuw
the sofa Lernen beginnen		de bank
the space Lernen beginnen		de ruimte
the square Lernen beginnen		het plein
the story Lernen beginnen		het verhaal
the strength Lernen beginnen		de kracht
the subject Lernen beginnen		het onderwerp
the supplier Lernen beginnen		de leverancier
the support Lernen beginnen		de steun
the surprise Lernen beginnen		de verrassing
the task Lernen beginnen		de taak
the taste Lernen beginnen		de smaak
the thing Lernen beginnen		het ding
the time (clock) Lernen beginnen		de tijd
the time (occurance) Lernen beginnen		de keer
the trade Lernen beginnen		de handel
the truck Lernen beginnen		de vrachtwagen
the village Lernen beginnen		het dorp
the war Lernen beginnen		de oorlog
the way Lernen beginnen		de manier
the wrist Lernen beginnen		de pols
their Lernen beginnen		hun
thick / fat Lernen beginnen		dik
tired Lernen beginnen		moe
to arrange Lernen beginnen		regelen
to attack Lernen beginnen		aanvallen
to be about Lernen beginnen		gaan over
to be allowed (may) Lernen beginnen		mogen (all singulars: mag)
to be stuck/trapped Lernen beginnen		zitten vast
to become Lernen beginnen		worden
to believe Lernen beginnen		geloven
to bring Lernen beginnen		brengen
to bring along Lernen beginnen		meenemen
to build Lernen beginnen		bouwen
to catch Lernen beginnen		vangen
to celebrate Lernen beginnen		vieren
to change Lernen beginnen		veranderen
to charge Lernen beginnen		opladen
to choose Lernen beginnen		kiezen
to collect Lernen beginnen		verzamelen
to come Lernen beginnen		komen - kwam - ben gekomen
to complain Lernen beginnen		klagen
to decide Lernen beginnen		beslissen
to deliver Lernen beginnen		bezorgen
to discover Lernen beginnen		ontdekken
to divide Lernen beginnen		verdelen
to explore Lernen beginnen		verkennen
to fall Lernen beginnen		vallen
to feel Lernen beginnen		voelen
to fly Lernen beginnen		vliegen - vloog - h. gevlogen
to follow Lernen beginnen		volgen
to forget Lernen beginnen		vergeten
to get Lernen beginnen		krijgen
to get married Lernen beginnen		trouwen
to give Lernen beginnen		geven - gaf - h. gegeven
to go Lernen beginnen		gaan - ging - ben gegaan
to grow Lernen beginnen		groeien
to happen Lernen beginnen		gebeuren
to hunt Lernen beginnen		jagen
to invite Lernen beginnen		uitnodigen
to jump Lernen beginnen		springen
to know (information) Lernen beginnen		weten - wist
to know (people and things) Lernen beginnen		kennen
to leave Lernen beginnen		vertrekken
to lie Lernen beginnen		liggen
to listen (to) Lernen beginnen		luisteren (naar)
to live Lernen beginnen		wonen
to look (a certain way) Lernen beginnen		zien er (...) uit
to look like Lernen beginnen		lijken op
to lose Lernen beginnen		verliezen
to mean (I mean etc.) Lernen beginnen		bedoelen
to mean (that means etc.) Lernen beginnen		betekenen
to move Lernen beginnen		bewegen
to move (an object to another place) Lernen beginnen		verplaatsen
to need... Lernen beginnen		hebben ... nodig
to participate Lernen beginnen		deelnemen
to participate Lernen beginnen		meedoen
to promise Lernen beginnen		beloven
to protect Lernen beginnen		beschermen
to recommend Lernen beginnen		aanraden - raadde aan - h. aangeraden
to remove Lernen beginnen		verwijderen
to repeat (itself) Lernen beginnen		(zich) herhalen
to ride / to drive Lernen beginnen		rijden
to sell Lernen beginnen		verkopen
to send Lernen beginnen		sturen
to share Lernen beginnen		delen
to sign up Lernen beginnen		zich aanmelden / zich opgeven
to smell Lernen beginnen		ruiken
to sound Lernen beginnen		klinken
to receive Lernen beginnen		ontvangen
to stay Lernen beginnen		blijven - bleef - is gebleven
to take Lernen beginnen		nemen
to take place Lernen beginnen		vinden (...) plaats
to take time / to last for Lernen beginnen		duren
to think of (invent) Lernen beginnen		bedenken
to touch Lernen beginnen		aanraken
to use Lernen beginnen		gebruiken
to vote Lernen beginnen		stemmen
to vote Lernen beginnen		stemmen
to wake up Lernen beginnen		wakker worden
to want Lernen beginnen		willen (hij/ze/het wil!)
ugly Lernen beginnen		lelijk
was - were Lernen beginnen		was - waren
welcoming Lernen beginnen		gastvrij
well... Lernen beginnen		nou...
well known / familiar Lernen beginnen		bekend
wet Lernen beginnen		nat
what/which Lernen beginnen		welke
without Lernen beginnen		zonder
he border / the limit Lernen beginnen		de grens
the shock Lernen beginnen		de schok
strict Lernen beginnen		streng
imidiately Lernen beginnen		imidiately
the garbage (waste) Lernen beginnen		het afval
the road Lernen beginnen		de weg
the permit Lernen beginnen		de vergunning
to fight Lernen beginnen		vechten
to hide Lernen beginnen		verstoppen
the century Lernen beginnen		de eeuw
the stuff Lernen beginnen		de spullen
the condition Lernen beginnen		de voorwaarde
the marriage Lernen beginnen		het huwelijk
to cut (with a knife) Lernen beginnen		snijden
the volunteer Lernen beginnen		de vrijwilliger
the damage Lernen beginnen		de schade
obliged Lernen beginnen		verplicht
necessary Lernen beginnen		nodig
the department Lernen beginnen		de afdeling
the risk Lernen beginnen		het risico
pregnant Lernen beginnen		zwanger
cash Lernen beginnen		contant
the groceries Lernen beginnen		de boodschappen
the interest Lernen beginnen		de rente

mijn les

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.

Mehr