Moja lekcja

 0    107 Datenblatt    mateuszsobolewski36
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
Ik heb er geen nodig
Lernen beginnen
Nie potrzebuję tego
een nieuwe datum afspreken
Lernen beginnen
uzgodnić nową datę
nakomen
Hij komt zijn afspraken altijd na.
Lernen beginnen
dotrzymywac(np. umow)
on zawsze dotrzymuje swoim umow
ofwel
Lernen beginnen
zarówno
Ze heeft haar belofte niet nagekomen.
Lernen beginnen
Nie dotrzymała obietnicy.
jarenlang
Lernen beginnen
przez lata
het verwijt
Lernen beginnen
zarzut, oskarżenie
zoeven
Kinderen zoefden door de gang op hun skates.
Lernen beginnen
smignac, sunac z predkoscia
Dzieci smigaly po korytarzu na rolkach
Ik hoorde over een trein die binnen 20 minuten van punt A naar punt B zou kunnen rijden
Lernen beginnen
Słyszałem o pociągu, który mialby dotrzeć z punktu A do punktu B w 20 minut.
betrekking hebben op
Die regels hebben betrekking op alle studenten
Lernen beginnen
odnosić się do, dotyczyc czegos
Te zasady dotycza wszystkich studentow.
bovendien
Ze heeft ervaring en bovendien spreekt ze drie talen.
Lernen beginnen
co więcej
On ma doswiadczenie, a co wiecej gada w trzech jezykach
De machine viel steeds uit.
Lernen beginnen
Maszyna ciągle się psula.
De machine bleef altijd kapot gaan.
Lernen beginnen
Maszyna ciągle się psuła.
De computer bleef maar hangen.
Lernen beginnen
Komputer ciągle się zawieszał.
Het licht bleef elke avond uitvallen.
Lernen beginnen
Światła gasły każdej nocy.
De machine bleef kapot gaan, ondanks dat hij net gerepareerd was.
Lernen beginnen
Maszyna ciągle się psuła, mimo że dopiero co została naprawiona.
De computer viel steeds uit als ik te veel programma’s opende.
Lernen beginnen
Komputer ciągle się zawieszał, gdy otwierałem zbyt wiele programów.
Hij bleef maar klagen.
Lernen beginnen
Ciągle narzekał.
Laten we aannemen dat ik het doe.
Lernen beginnen
Załóżmy, że to zrobie.
Stel dat ik het doe.
Lernen beginnen
Załóżmy, że to zrobie.
de stad waar ik vandaan kom
Lernen beginnen
miasto, z którego pochodzę
De man waar ik mee praatte.
Lernen beginnen
Mężczyzna, z którym rozmawiałem.
Hij viel van de trap, waardoor hij zijn been brak.
Lernen beginnen
Spadł ze schodów przez co złamał nogę.
De computer crashte, waardoor al mijn werk verloren ging.
Lernen beginnen
Komputer się zepsuł i cała moja praca została utracona.
Nu sla ik altijd alles in de cloud op, waardoor ik zulke problemen in de toekomst vermijd.
Lernen beginnen
Teraz zawsze zapisuję wszystko w chmurze, co pozwala mi uniknąć podobnych problemów w przyszłości.
benodigde dingen
Lernen beginnen
niezbędne rzeczy
heeft te maken met
Deze ziekte heeft te maken met genetica.
Lernen beginnen
ma to związek z, jest powiazane z
Ta choroba jest powiazana z genetyka.
Er wordt aangenomen dat
Lernen beginnen
Uważa się, że
Er wordt geschat dat
Lernen beginnen
Szacuje się, że
Er wordt gedacht dat
Lernen beginnen
Uważa się, że
Er wordt verwacht dat
Lernen beginnen
Oczekuje się, że
Opzettelijke slagen en verwondingen
Lernen beginnen
Umyślne napaść i pobicie
Niemand raakte gewond.
Lernen beginnen
Nikt nie został ranny.
Dat zou soms handig zijn.
Lernen beginnen
Czasami by się to przydało.
Soms zou een auto wel van pas komen.
Lernen beginnen
Czasami samochód może się przydać.
Een auto zou soms handig zijn.
Lernen beginnen
Samochód czasami by się przydał.
Een auto zou soms wel goed uitkomen.
Lernen beginnen
Samochód czasami by się przydał.
Het komt goed uit dat je eerder klaar bent.
Lernen beginnen
Dobrze, że skończyłeś wcześniej.
het komt mooi uit
Lernen beginnen
swietne sie sklada
Als vrijwilliger haalde ik oud papier op.
Lernen beginnen
Jako wolontariusz zbierałem stare papiery.
Aangifte doen
Hij deed aangifte bij de politie
Lernen beginnen
Złożyc zawiadomienie/ zlozyc zeznania
Zlozyl zawiadomienie na policje
verklaring afleggen
Hij legde een verklaring af bij de politie over het ongeluk.
Lernen beginnen
złożyć zeznania
Zlozyl zeznania na policji w sprawie wypadku
onomkeerbaar
Deze beslissing is onomkeerbaar.
Lernen beginnen
nieodwracalny
Ta decyzja jest nieodwracalna
Ik woog 60 kilo.
Lernen beginnen
wazylem 60 kilogramów.
verouderd
Dit programma is verouderd
Lernen beginnen
przestarzałe
ten program jest przestarzaly
plotseling
Lernen beginnen
nagle
onroerende voorheffing
Lernen beginnen
podatek od nieruchomości
gebaseerd op
De film is gebaseerd op een waargebeurd verhaal.
Lernen beginnen
oparte na
Film jest oparty na prawdziej histori
Zijn mening is gebaseerd op feiten.
Lernen beginnen
Jego opinia opiera się na faktach.
vormsel
Lernen beginnen
bierzmowanie
hij loog
Lernen beginnen
skłamał
ze heeft gelogen
Lernen beginnen
ona skłamała
Hij werd uitgesloten van de vergadering.
Lernen beginnen
Został wykluczony ze spotkania.
We kunnen niet uitsluiten dat het morgen regent.
Lernen beginnen
Nie możemy wykluczyć, że jutro będzie padać.
Tijdens het spel sloot de scheidsrechter een speler uit.
Lernen beginnen
W trakcie meczu sędzia wyrzucił z boiska jednego z zawodników.
Sorry, er is blijkbaar een misverstand ontstaan.
Lernen beginnen
Przepraszamy, najwyraźniej doszlo do nieporozumienie.
De auto is uitgerust met airconditioning en GPS.
Lernen beginnen
Samochód wyposażony jest w klimatyzację i GPS.
we hebben afgesproken dat
Lernen beginnen
uzgodnilismy się, że
Ik ben eraan gewend.
Lernen beginnen
Jestem do tego przyzwyczajony.
Ik ben eraan gewend geraakt.
Lernen beginnen
Przyzwyczaiłem się do tego.
Ik denk dat ik eraan kan wennen.
Lernen beginnen
Myślę, że mogę się do tego przyzwyczaić.
Ja, vanaf nu zal ik het anders doen.
Lernen beginnen
Tak, od teraz zrobię to inaczej.
overtreden/overtrad/ overtreden
Hij heeft de regels overtreden.
Lernen beginnen
naruszyc/
On naruszyl zasady
rekening houden met
Als je de regels overtreedt, moet je rekening houden met de consequenties.
Lernen beginnen
wziąć pod uwagę/ liczyc sie z
Jesli naruszysz zasady musisz liczyc sie z konsekwencjami
besluiten - besloot - besloten
Lernen beginnen
decydować - decydować - decydować
ontvangen, ontving, ontvangen
Lernen beginnen
otrzymał
Zij betreurt het ongeluk.
Lernen beginnen
ubolewa nad wypadkiem
Hij betreurt zijn woorden
Lernen beginnen
Żałuje swoich słów
Ik heb spijt van mijn beslissing.
Lernen beginnen
Żałuję swojej decyzji.
ongemak
sorry voor het ongemak
Lernen beginnen
dyskomfort, niedogodnosc
przepraszam za niedogodnosc
Onze excuses voor het ongemak in verband met deze situatie.
Lernen beginnen
Przepraszamy za wszelkie niedogodności spowodowane tą sytuacją.
Sorry voor het ongemak rondom deze situatie.
Lernen beginnen
Przepraszamy za niedogodności związane z tą sytuacją.
terecht
Hij kreeg de prijs terecht.
Lernen beginnen
sprawiedliwie, zasluzenie
On otrzymal ta nagrode zasluzenie
in verband met
In verband met de situatie die heeft plaatsgevonden, roep ik u op om contact met mij op te nemen.
Lernen beginnen
w połączeniu z
w zwiazku z sytuacja ktora miala miejsce wzywam pana do skontaktowania sie ze mna
Ik moet het pakket terugbrengen naar het depot.
Lernen beginnen
Muszę zwrócić paczkę do punktu odbioru.
dichtsbijzijnde
Het dichtstbijzijnde station
Lernen beginnen
najbliższy
Najblizsza stacja
Verdun de pony niet.
Lernen beginnen
Nie przerzedzan grzywki.
geldig
Mijn rijbewijs is nog 5 jaar geldig.
Lernen beginnen
ważny
Moje prawko kest jescze wazne 5 lat
mishandeling
Er wordt melding gemaakt van mishandeling op het werk.
Lernen beginnen
złe traktowanie, naduzycie
Zgloszono przypadki znecania sie w pracy
fysieke mishandeling
Lernen beginnen
znęcanie się fizyczne
fysieke mishandeling
Lernen beginnen
znęcanie się fizyczne
psychische mishandeling
Lernen beginnen
znęcanie się psychiczne
Ik moet me erbij neerleggen dat het project wordt uitgesteld.
Lernen beginnen
Muszę pogodzić się z tym, że projekt zostanie odłożony.
uitgesteld
de vergadering werd uitgesteld naar volgende week
Lernen beginnen
odłożony, odroczony
spotkanie zostalo odroczone na kolejny tydzien
beleid
Het bedrijf heeft een nieuw beleid ingevoerd.
Lernen beginnen
polityka, strategia (np. firmy)
Firma wprowadzila nowo strategie/ polityke
Overheidsbeleid
Lernen beginnen
Polityka rządowa
De aannemer komt morgen.
Lernen beginnen
Wykonawca przyjdzie jutro.
We moeten nog elektriciteit aansluiten.
Lernen beginnen
Musimy jeszcze podlaczyc prad
Ze is een beetje verdrietig.
Lernen beginnen
Jest trochę smutna.
de houding
Lernen beginnen
postawa(np ciala), podejście
de macht
Hij heeft zijn macht volledig misbruikt
Lernen beginnen
władza
On calkowicie naduzyl swojej wladzy
toevallen
Lernen beginnen
zostać komuś przydzielonym / przypaść komuś w udziale / wydarzyć się komuś.
Het valt me niet toe om vroeg op te staan.
Lernen beginnen
Nie dla mnie jest wstawanie wcześnie rano.
Het huis viel aan zijn broer toe.
Lernen beginnen
Dom przypadł jego bratu.
De erfenis viel hem toe
Lernen beginnen
spadek przypadl jemu
Het valt me niet toe om Nederlands te leren.
Lernen beginnen
nauka holenderskiego nie przychodzi mi latwo
Hij is erg betrokken bij het werk van zijn team.
Lernen beginnen
Jest bardzo zaangażowany w pracę swojego zespołu.
Als wat ben je verkleed?
Lernen beginnen
Za co jesteś przebrany?
Waar verkleed je je als?
Lernen beginnen
Za co się przebierasz?
Als wat verkleed je je?
Lernen beginnen
Za co się przebierasz?
Mensen doen dat zichzelf aan.
Lernen beginnen
Ludzie sami sobie to robią.
in de loop van de dag
Lernen beginnen
w ciągu dnia
toestaan stond toe, stonden toe toegestaan
Roken is toegestaan op het terras.
Lernen beginnen
pozwalac
Palenie jest dozwolone na tarasie
Ze hebben het toegestaan
Lernen beginnen
Oni na to pozwolili
paardenkracht
Lernen beginnen
moc w koniach mechanicznych
iets iemand verwijten
Ik kan je niets verwijten
Lernen beginnen
zarzucac cos komus
Nie moge Ci nic zarzucic
Ik heb hem uit het huis gezet.
Lernen beginnen
Wyrzuciłem go z domu.

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.