→ N Learn Dutch 1 → Start Lernen / Flashcards Herunterladen MP3

Lernen beginnen

Frage		Antworten
truc Ik leer je een trucje zodat je nooit kan vallen. Lernen beginnen		sztuczka Nauczę cię sztuczki, żebyś nigdy nie upadł.
opletten Je moet opletten wat je fout doet. Lernen beginnen		zwracać uwagę, uważać Musisz zwracać uwagę na to, co robisz źle.
zolder Op de zolder staat een kist met oude kleren. Lernen beginnen		strych Na strychu stoi skrzynia ze starymi ubraniami.
missen Wat mist er nu nog? Lernen beginnen		brakować Czego tu jeszcze brakuje?
spook Alle spoken in mijn kamer zijn ontzettend boos op mij. Lernen beginnen		duch Wszystkie duchy w moim pokoju są na mnie strasznie złe.
pels Mag ik even aan je pels voelen? Lernen beginnen		futro, sierść Mogę poczuć Twoją sierść?
zich verkleden Ga je je dan ook wel eens verkleden? Lernen beginnen		przebierać się Czy idziesz się czasami też przebierać?
weleens Ben je weleens alleen naar de karaoke geweest? Lernen beginnen		kiedykolwiek, czasami Czy byłeś kiedykolwiek sam na karaoke? d
bloempot Er staat een bloempot in de kamer. Lernen beginnen		doniczka Tam w pokoju jest doniczka.
gootsteen Ik poets mijn tanden boven de gootsteen in de badkamer. Lernen beginnen		zlew Myję moje zęby nad zlewem w łazience.

N Learn Dutch 1