Nederlands - przyimki

 0    15 Datenblatt    mike_13
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
Czy chłopcy tam mieszkają?
Lernen beginnen
Wonen de jongens daar?
Kot śpi na twojej kurtce.
Lernen beginnen
De kat slaapt op je jas.
Żółw płynie w kierunku swojego dziecka.
Lernen beginnen
De schildpad zwemt naar zijn baby.
Nie mieszkamy w Holandii.
Lernen beginnen
Wij wonen niet in Nederland.
Mieszkam w Holandii.
Lernen beginnen
Ik woon in Nederland.
Rodzina mieszka w starym domu.
Lernen beginnen
Het gezin woont in een oud huis.
rodzina
Lernen beginnen
het gezin
kurtka
Lernen beginnen
de jas
Duży pająk mieszka w bucie.
Lernen beginnen
De grote spin woont in een schoen.
pająk
Lernen beginnen
de spin
Na swetrze masz zupę.
Lernen beginnen
Je hebt soep op je trui.
sweter
Lernen beginnen
de trui
Nie jedziemy do Holandii.
Lernen beginnen
Wij gaan niet naar Nederland.
Płyniecie w kierunku żółwi.
Lernen beginnen
Jullie zwemmen naar de schildpadden.
żółw
Lernen beginnen
de schildpad

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.