das Wörterbuch Deutsch Minus niederländisch

Deutsch - Nederlands, Vlaams

relativ Holländisch:

1. relatief relatief


De woordenschat van het Esperanto is de grootste, alhoewel er relatief zeer weinig woorddelen moeten vanbuiten geleerd worden in vergelijking met de woorden van de natuurlijke talen.
Zaden van een granaatappel zijn relatief groot.
relatief weinig