das Wörterbuch griechisch Minus niederländisch

ελληνικά - Nederlands, Vlaams

τάξη Holländisch:

1. bestellen bestellen


Laten we twee flessen bestellen.
Kunt u een taxi voor me bestellen?
Moet ik een taxi bestellen voor u?
Wilt ge dat we een taxi voor u bestellen?
Bent u nu klaar om te bestellen?