1. olifant
Hij maakt graag van een mug een olifant.
Van een afstand gezien, lijkt de heuvel op een olifant.
Een olifant heeft een lange neus.
Wie heeft de grootste hersenen, een olifant of een mens?
Holländisch Wort "코끼리"(olifant) tritt in Sätzen auf:
Dieren in het Koreaans