das Wörterbuch lettisch Minus niederländisch

latviešu valoda - Nederlands, Vlaams

profesija Holländisch:

1. beroep beroep


Films maken is een aantrekkelijk beroep.
De beklaagde ging zonder aarzelen in beroep tegen de uitspraak.
Welk beroep oefent gij uit?
Hij is tandarts van beroep.
Wat is uw beroep?