das Wörterbuch Polnisch Minus niederländisch

język polski - Nederlands, Vlaams

dom w gospodarstwie rolnym Holländisch:

1. boerderij boerderij


Maar het werk op de boerderij was aangenaam.
Deze boerderij is voor mij een paradijs op de aarde.
De boerderij was wel mooi maar had veel te veel muggen.
Zijn hele familie werkt op een boerderij.
Heeft deze boerderij ergens een plekje waar we kunnen vissen?
In de boomgaard achter hun boerderij stonden appel- en perenbomen.
De stal is net achter de boerderij.
Op zijn boerderij bebouwt hij land en fokt hij dieren.

Holländisch Wort "dom w gospodarstwie rolnym"(boerderij) tritt in Sätzen auf:

Język niderlandzki