1. verlangen te doen
2. verlangen
Verwar verlangen niet met liefde.
Ik heb een verlangen om naar Engeland te gaan.
3. hunkeren naar
Holländisch Wort "pragnąć"(hunkeren naar) tritt in Sätzen auf:
test 1 (2sem)4. trek hebben in
Holländisch Wort "pragnąć"(trek hebben in) tritt in Sätzen auf:
czasowniki że stałym przyimkiem5. begeerte
Holländisch Wort "pragnąć"(begeerte) tritt in Sätzen auf:
het oud werkwoord 6