1. dier
De mens is het enige dier dat lacht.
Wat voor dier is een rund?
De mens is het enige dier dat in staat is te spreken.
Dit dier is erg intelligent.
Het wapen van deze stad bevat een dier met rode klauwen, dat ik niet ken.
De mens is het enige dier dat gebruik maakt van vuur.
De mens is een rationeel dier.
Elk dier houdt van zijn nest.
De egel is een klein dier.
Hoe noem je dit dier in het Japans?
Een leeuw is een dier.
Een hond is een trouw dier.
2. dierlijk
Holländisch Wort "zwierzęcy"(dierlijk) tritt in Sätzen auf:
Consumeren of consuminderen?