das Wörterbuch vietnamesisch Minus niederländisch

Tiếng Việt - Nederlands, Vlaams

thứ hai Holländisch:

1. maandag maandag


Ten laatste maandag is hij terug.
Het is maandag.
Ik zal hier voor maandag zijn.
Zij heeft mij niet op zondag, maar op maandag bezocht.
Het sneeuwde van maandag tot vrijdag.
Ik werk niet op maandag.
Elke maandag waste mevrouw Evans alle kleren van het gezin in de zinken badkuip.
Ze is vaak te laat op school op maandag.
Blijf in bed tot volgende maandag.
Het ticket is geldig tot en met maandag.

2. tweede tweede


Dat is zijn tweede opeenvolgende overwinning.
De tweede les is heel gemakkelijk.
Dat is tweede keus.
Over het algemeen weet men maar weinig over niet-lineaire differentiaalvergelijkingen van de tweede orde.
Ik ben niet gewonnen, maar was wel tweede.
De Tweede Wereldoorlog brak uit in 1939.
Men veronderstelde dat hij gedood was tijdens de tweede wereldoorlog.
Onze vriend is als tweede geëindigd in de race.
Je krijgt nooit een tweede kans om een eerste indruk te maken.
De gitarist van Bang wordt volgens een aankondiging door de woordvoerder van de groep voor de tweede keer vader.
Het woordaccent ligt op de tweede lettergreep.
Welke is completer, de eerste druk of de tweede?
Laten we het tweede probleem behandelen, goed?
Gerhard Schröder is de eerste Duitse kanselier die de Tweede Wereldoorlog niet meegemaakt heeft.
Dokters weigerden om een tweede operatie uit te voeren.