03 NL Lekcja Danny

 0    31 Datenblatt    karoltabaka
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
Dlaczego mąż starej pary był zły?
Lernen beginnen
Waarom was de man van het oude koppel boos?
Jaki był problem pary gejów?
Lernen beginnen
Wat was het probleem van het homoseksuele koppel?
Miałem wielu chorych kolegów.
Lernen beginnen
Ik had veel collega’s die ziek waren.
Dług i deficyt to tylko preteksty.
Lernen beginnen
De schuld en het tekort zijn alleen maar voorwendsels.
Brakowało paliwa.
Lernen beginnen
Er was een tekort aan brandstof.
Testy na zwierzętach to kwestia lenistwa, oszczędności i arogancji.
Lernen beginnen
Dierproeven zijn een kwestie van gemakzucht, geldbesparing en arrogantie.
Na początku czułem się trochę nieswojo, rozmawiając z nią w ten sposób.
Lernen beginnen
Eerst voelde ik mij wat ongemakkelijk, zo met haar te spreken.
Tom nie chce zrywać z Mary.
Lernen beginnen
Tom wil het niet uitmaken met Mary.
Myślałem, że coś za tym kryje się.
Lernen beginnen
Ik dacht dat er iets achter zat.
Dokończyć ich talerz.
Lernen beginnen
Om hun bordje leeg te eten.
Tom wie, jak urządzić przyjęcie.
Lernen beginnen
Tom weet hoe hij een feestje moet geven.
Przypominasz mi moją mamę.
Lernen beginnen
Je doet me denken aan mijn moeder.
To dało mi do myślenia.
Lernen beginnen
Dat heeft me aan het denken gezet.
Dodatkowym wyzwaniem jest czas korony.
Lernen beginnen
De coronatijd zorgt hierbij voor een extra uitdaging.
I wtedy zaczął się czas korony.
Lernen beginnen
En toen begon de coronatijd.
To tyle samo ludzi, co teraz.
Lernen beginnen
Het zijn net zo veel mensen als nu.
Że wszyscy mówią o koronie.
Lernen beginnen
Dat iedereen het over corona had.
Elizabeth była w worku na zwłoki przez niecałe dwie minuty.
Lernen beginnen
Elizabeth lag minder dan twee minuten in de lijkenzak.
Myślę, że możesz się do tego przyzwyczaić.
Lernen beginnen
Ik denk dat je er wel aan kan wennen.
Kiedy wybuchła tam wojna.
Lernen beginnen
Toen daar de oorlog begon.
Myślę, że może dojść do kryzysu.
Lernen beginnen
Ik denk dat er wel een crisis kan komen.
Widzę, że produkty podrożały.
Lernen beginnen
Ik zie dat de producten duurder zijn geworden.
Zwykle tankuję w Belgii.
Lernen beginnen
Ik tank meestal in België.
Pytałeś mnie o ludzi.
Lernen beginnen
Je vroeg me naar de mensen.
Że teraz przyjeżdża dużo ludzi.
Lernen beginnen
Dat er nu veel mensen komen.
Nie pozwolili na to.
Lernen beginnen
Ze lieten dat niet toe.
Polska stała się bogatsza.
Lernen beginnen
Polen is rijker geworden.
NATO nie może obronić Ukrainy.
Lernen beginnen
De NAVO kan Oekraïne niet verdedigen.
Algieria nie należy do NATO.
Lernen beginnen
Algerije zit niet in de NAVO.
Obcy mężczyzna groził jej nożem.
Lernen beginnen
Een vreemde man heeft haar met een mes bedreigd.
Groził mi!
Lernen beginnen
Hij heeft me bedreigd!

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.