czasowniki rozdzielne

 0    11 Datenblatt    babieracka
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
zmywać naczynia
Lernen beginnen
afwassen
Ik houd van afwassen leuk
wydać
Lernen beginnen
uitgeven
lubię wydawać pieniądze
Ik houd van geld uitgeven
brać
Lernen beginnen
meenemen
Chce jedzenie na wynos
Ik wil eten meenemen
współpracować
Lernen beginnen
samenwerken
Dobrze, że ze sobą współpracujemy
Wij werken goed samen
wstawać
Lernen beginnen
opstaan
Moim nawykiem jest wstawać rano
Ik heb de gewoonte om ’s ochtends vroeg op te staan
przyjeżdżać
Lernen beginnen
aankomen
Przyjeżdżam jutro do pracy
Ik kom morgen aan in Nederland
ostrożny
Lernen beginnen
oppassen
Opiekuje się dziećmi siostry
Ik pas op de kinderen van mijn zus
zarejestrować
Lernen beginnen
inschrijven
Muszę zapisać się do lekarza
Ik moet me bij de dokter inschrijven
Uczestniczyć
Lernen beginnen
deelnemen
chce wziąć udział
Ik wil deelnemen
wylatywać
Lernen beginnen
uitvliegen
ptaki odlatują
De Vogels vliegen uit
Siedzieć w gotowości
Lernen beginnen
klaarzitten
Musiałam siedzieć bezczynnie
Ik moest klaarzitten

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.