jedzenie/restauracja

 0    134 Datenblatt    maciejtarczon
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
posiłek
Lernen beginnen
de maaltijd
śniadanie
Co chcesz na śniadanie?
Lernen beginnen
het ontbijt
Wat wil je voor ontbijt eten?
obiad
Obiad nie jest jeszcze gotowy.
Lernen beginnen
de lunch
De lunch is nog niet klaar.
kolacja
Kolacja będzie o 20.
Lernen beginnen
het avondeten
Het avondeten is om 8 uur.
deser
Lernen beginnen
het desert / het nagerecht
chleb
Lernen beginnen
het brood
masło
Lernen beginnen
de boter
mleko
Lernen beginnen
de melk
jajko / jajka
Lernen beginnen
het ei / de eieren
ser
Lernen beginnen
de kaas
kiełbasa
Lernen beginnen
de worst
szynka
Lernen beginnen
de ham
makaron
Lernen beginnen
de macaroni
ryż
Lernen beginnen
de rijst-
ziemniaki
Lernen beginnen
de aardappelen
dżem
Lernen beginnen
de jam
ryba
Lernen beginnen
de vis
mięso
Lernen beginnen
het vlees
kurczak
Lernen beginnen
de kip
frytki
Lernen beginnen
de friet
sałatka
Lernen beginnen
de salade
cukier
Lernen beginnen
de suiker
pieprz
Lernen beginnen
de peper
sól
Lernen beginnen
het zout
napoje
Lernen beginnen
de dranken
woda mineralna
Lernen beginnen
het mineraalwater
sok
Lernen beginnen
het sap
wino
Lernen beginnen
de wijn
herbata
Wolę herbatę niż kawę.
Lernen beginnen
de thee
Ik verkies de thee boven de koffie.
warzywa
Lernen beginnen
de groenten
owoce
Lernen beginnen
het fruit
pomidor
Lernen beginnen
de tomaat
marchewka
Lernen beginnen
de wortel
cebula
Lernen beginnen
de ui
czosnek
Lernen beginnen
de Knoflook
ogórek
Lernen beginnen
de komkommer
sałata
Lernen beginnen
de sla
jabłko
Lernen beginnen
de appel
pomarańcza
Lernen beginnen
de sinaasappel
cytryna
Lernen beginnen
de citroen
gruszka
Lernen beginnen
de peer
brzoskwinia
Lernen beginnen
de perzik
winogrono
Lernen beginnen
de druif/de druiven
banan
Lernen beginnen
de banaan
morela
Lernen beginnen
de abrikoos
truskawka
Lernen beginnen
de aardbei
śliwka
Lernen beginnen
de pruim
malina
Lernen beginnen
de framboos
kapusta
Lernen beginnen
de kool
kalafior
Lernen beginnen
de bloemkool
brokuł
Lernen beginnen
de broccoli
knajpa
Lernen beginnen
de kroeg
rachunek
Lernen beginnen
de rekening
kelner
Lernen beginnen
de ober
przystawka, zakąska
Lernen beginnen
het voorgerecht
drugie danie
Lernen beginnen
het hoofdgerecht
rezerwować stolik
Lernen beginnen
een tafel reserveren
mrożony
wystepuje w złożeniach np diepvries groenten
Lernen beginnen
diepvries
przyprawa
Lernen beginnen
de specerij
zioło
Lernen beginnen
het kruid
szczypta
Lernen beginnen
een snufje
opakowanie
Lernen beginnen
het pak /pakket
łyżka stołowa (ilość)
Lernen beginnen
een eetlepel (hoeveelheid)
łyżeczka (ilość)
Lernen beginnen
een theelepel (hoeveelheid)
kubek
Lernen beginnen
de beker
torebka cukierków
Lernen beginnen
de zak
skrzynka
Lernen beginnen
het krat
butelka
Lernen beginnen
de fles
słoik
Lernen beginnen
de pot
pudełko
Lernen beginnen
de doos
puszka
Lernen beginnen
het blik
garnek
Lernen beginnen
de pan
rozgrzewać
Lernen beginnen
verhitten
zrumienić
Lernen beginnen
bruin het/ fruiten
składnik
Lernen beginnen
het ingrediënt
dodawać
Czy chciałbyś coś dodać?
Lernen beginnen
toevoegen
Wou jij iets eraan toevoegen?
sposób przyrządzania
Lernen beginnen
bereidingswijze
nabiał, produkty mleczne
Lernen beginnen
de zuivelproducten
pieczywo i wyroby cukiernicze
Lernen beginnen
brood en gebak
słodycze i przkąski
Lernen beginnen
snoep en snacks
mięso i wędliny
Lernen beginnen
vlees en vleeswaren
mięso mielone
Lernen beginnen
het gehakt
śmietanka do kawy
Lernen beginnen
koffie crème, de koffieroom
Słucham Pana
dosł Ale niech pan to powie
Lernen beginnen
Zegt u het maar
pełne mleko
Lernen beginnen
volle melk
półtłuste mleko
Lernen beginnen
halfvolle melk
chude mleko
dosł mleko z mało tłuszczu
Lernen beginnen
melk met weinig vet
ser młody
Lernen beginnen
jonge kaas
ser dojrzały
Lernen beginnen
belegen kaas
rzecz
Powiedz mi jedną rzecz.
Lernen beginnen
het ding
Zeg me een ding.
głód
Jestem głodny.
Lernen beginnen
de honger
Ik heb honger.
być głodnym
Jestem bardzo głodny.
Lernen beginnen
honger hebben
Ik heb grote honger.
kelner
Lernen beginnen
de ober
wybierać
Wybraliśmy miejsce wypoczynku na wakacje.
Lernen beginnen
kiezen
We hebben een vakantiebestemming gekozen.
moment
Lernen beginnen
het ogenblik
karta dań, menu
Lernen beginnen
kaart van gerechten, menu
smażony
Lernen beginnen
gebakken
małż
Lernen beginnen
de mossel
wędzony
Lernen beginnen
gerookt
marynowany
Lernen beginnen
gemarineerd
potrawa mięsna
Lernen beginnen
het vleesgerecht
potrawa rybna
Lernen beginnen
het visgerecht
pierś kurczaka
Lernen beginnen
de kippenborst
domowej roboty
Lernen beginnen
huisgemaakt
ser kozi
Lernen beginnen
de geitenkaas
filet z łososia
Lernen beginnen
de Zalmfilet
krewetka
Lernen beginnen
de gamba
orzech
Lernen beginnen
de noot
wino wytrawne
Lernen beginnen
droge wijn
wino różowe
Lernen beginnen
Rose wijn
Co podać?
Lernen beginnen
Wat wenst u?
Chciałbym zapłacić
Lernen beginnen
ik wil graag betalen
Poproszę rachunek!
Lernen beginnen
De rekening alstublieft!/ De rekening graag!
Proszę zatrzymać resztę. (Reszty nie trzeba.)
Lernen beginnen
Houd het wisselgeld maar.
zastawa
Lernen beginnen
het eetgerei
talerz
Lernen beginnen
het bord
miska
Lernen beginnen
de schaal
filizanka
Lernen beginnen
het kopje
sztućce
Lernen beginnen
het bestek
nóż
Lernen beginnen
het mes
widelec
Lernen beginnen
de vork
obrus
Lernen beginnen
het tafellaken
słodki
Ciastka są zbyt słodkie, ale i tak mi smakują.
Lernen beginnen
zoet
De koekjes zijn te zoet maar ik vind ze toch smakelijk.
kwasny
Lubię kwaśne cukierki.
Lernen beginnen
zuur
Ik hou van zure snoepjes.
słony
Lernen beginnen
zout
gorzki
Lernen beginnen
bitter
ostry s
Lernen beginnen
scherpe
łagodny
We Włoszech klimat jest raczej łagodny.
Lernen beginnen
zacht
Het klimaat is nogal zacht in Italië.
patelnia (r. ż.)
Lernen beginnen
frituurpan
doprawić do smaku
Lernen beginnen
smaakte af
obierać
Nie umiem obierać ziemniaków.
Lernen beginnen
schillen
Ik kan niet aardappels schillen.
wyciskać
Lernen beginnen
perste uit
posypywać, skrapiać
Lernen beginnen
bestrooien
gotowy, miękki
Lernen beginnen
gaar

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.