Moja lekcja

 0    194 Datenblatt    naukaniderlandzkiego
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
de luchthaven
Lernen beginnen
lotnisko
aangenaam
Lernen beginnen
miło mi
het feestje
Lernen beginnen
impreza
mogen
Lernen beginnen
móc
voorstellen
Lernen beginnen
przedstawić się
mag ik?
Lernen beginnen
czy moge?
prima!
Lernen beginnen
świetnie
heel goed
Lernen beginnen
bardzo dobrze
het gaat wel
Lernen beginnen
ujdzie
niet zo goed/best
Lernen beginnen
nienajlepiej
slecht
Lernen beginnen
źle
zien
Lernen beginnen
widzieć
alleen
Lernen beginnen
tylko, sam
de regen
Lernen beginnen
deszcz
het weer
Lernen beginnen
pogoda
koud
Lernen beginnen
zimno
veel
Lernen beginnen
wiele
veel te
Lernen beginnen
zbyt dużo
uitstekend
Lernen beginnen
znakomicie
de boom
Lernen beginnen
drzewo
de buur
Lernen beginnen
sąsiad
de telefoon
Lernen beginnen
telefon
het adres
Lernen beginnen
adres
het adreskaartje
Lernen beginnen
Wizytówka
het appartement
Lernen beginnen
mieszkanie
het nummer
Lernen beginnen
numer
het plein
Lernen beginnen
plac
het stadhuis
Lernen beginnen
Ratusz
het telefoonnummer
Lernen beginnen
numer telefonu
juiste
Lernen beginnen
poprawny właściwy
rustig
Lernen beginnen
cichy, spokojny
weten
Lernen beginnen
wiedzieć
geven
Lernen beginnen
dawać
enkele
Lernen beginnen
kilka
de namiddag
Lernen beginnen
po południu
de ochtend
Lernen beginnen
rano
de voormiddag
Lernen beginnen
Przedpołudnie
de week
Lernen beginnen
tydzień
het weekend
Lernen beginnen
weekend
echt
Lernen beginnen
naprawdę!
geweldig
Lernen beginnen
super
moeilijk
Lernen beginnen
trudny
precies
Lernen beginnen
dokładnie
volgend
Lernen beginnen
następny
vanuit
Lernen beginnen
z
dan
Lernen beginnen
niż
graag
Lernen beginnen
chetnie (wrot grzecznościowy)
meteen
Lernen beginnen
natychmiast
overdag
Lernen beginnen
w ciągu dnia
vanavond
Lernen beginnen
dzisiaj wieczorem
wanneer
Lernen beginnen
kiedy
halen
Lernen beginnen
odebrać kogoś
kunnen
Lernen beginnen
móc potrafić
slapen
Lernen beginnen
spać
telefoneren
Lernen beginnen
dzwonić
vertrekken
Lernen beginnen
wyruszyc
wakker worden/ opstaan
Lernen beginnen
budzić się
ontbijten
Lernen beginnen
jeść śniadanie
lunchen
Lernen beginnen
jeść lunch
douchen
Lernen beginnen
myć się
studeren
Lernen beginnen
uczyć sie
lezen
Lernen beginnen
czytać
e-mailen (e-mails schrijven)
Lernen beginnen
pisanie maili
sms'en (sms'jes schrijven)
Lernen beginnen
SMS (pisanie wiadomości tekstowych)
wandelen
Lernen beginnen
spacerować
joggen
Lernen beginnen
biegać
de afwas doen
Lernen beginnen
myć naczynia
huiswerk maken
Lernen beginnen
robić zadanie
koken
Lernen beginnen
gotować
bellen
Lernen beginnen
dzwonić
mijn vrienden zien
Lernen beginnen
zobaczyć znajomych
fietsen
Lernen beginnen
jazda na rowerze
boodschappen doen
Lernen beginnen
iść na zakupy
een film kijken
Lernen beginnen
obejrzeć film
slapen
Lernen beginnen
spać
met je ouders praten
Lernen beginnen
porozmawiać z rodzicami
drinken
Lernen beginnen
Pić
koffie zetten
Lernen beginnen
robić kawę
roken
Lernen beginnen
palić
je oma bezoeken
Lernen beginnen
odwiedzić babcię
werken
Lernen beginnen
pracować
nul
Lernen beginnen
zero
tien
Lernen beginnen
dziesięć
twintig
Lernen beginnen
dwadzieścia
dertig
Lernen beginnen
trzydzieści
vijftig
Lernen beginnen
pięćdziesiąt
zestig
Lernen beginnen
sześćdziesiąt
zeventig
Lernen beginnen
siedemdziesiąt
tachtig
Lernen beginnen
osiemdziesiąt
negentig
Lernen beginnen
dziewięćdziesiąt
hondert
Lernen beginnen
sto
een
Lernen beginnen
jeden
twee
Lernen beginnen
dwa
drie
Lernen beginnen
trzy
vier
Lernen beginnen
cztery
vijf
Lernen beginnen
pięć
zes
Lernen beginnen
sześć
zeven
Lernen beginnen
siedem
acht
Lernen beginnen
osiem
negen
Lernen beginnen
dziewięć
elf
Lernen beginnen
jedenaście
twaalf
Lernen beginnen
dwanaście
dertien
Lernen beginnen
trzynaście
veertien
Lernen beginnen
czternaście
vijftien
Lernen beginnen
piętnaście
zestien
Lernen beginnen
szesnaście
zeventien
Lernen beginnen
siedemnaście
achttien
Lernen beginnen
osiemnaście
negentien
Lernen beginnen
dziewiętnaście
duizend
Lernen beginnen
tysiąc
de groet
Lernen beginnen
pozdrowienie
de passpoortcontrole
Lernen beginnen
kontrola paszportowa
de tijd
Lernen beginnen
czas
het gebouw
Lernen beginnen
budynek
het paspoort
Lernen beginnen
paszport
het pintje
Lernen beginnen
piwko
alleen
Lernen beginnen
tylko
thuis
Lernen beginnen
u siebie w domu
bezoeken
Lernen beginnen
odwiedzić
blijven
Lernen beginnen
zostać
nemen
Lernen beginnen
wziąć
de administratie
Lernen beginnen
administracja
de berg - bergen
Lernen beginnen
góra - góry
de concentratie
Lernen beginnen
zageszczenie
de driehoek
Lernen beginnen
trójkąt
de eeuw
Lernen beginnen
Wiek
de graad
Lernen beginnen
stopień
de natuurlijke grens
Lernen beginnen
granica naturalna
de herfst
Lernen beginnen
Jesień
kans op
Lernen beginnen
szansa na
aan de kust
Lernen beginnen
na wybrzeżu
de lente
Lernen beginnen
wiosna
de migrant
Lernen beginnen
migrant
de temperatuur
Lernen beginnen
temperatura
de vreemdeling - en
Lernen beginnen
obcokrajowiec- obcokrajowcy
de winter
Lernen beginnen
Zima
de zee
Lernen beginnen
morze
de zomer
Lernen beginnen
lato
de zon
Lernen beginnen
słońce
het bos - bossen
Lernen beginnen
las - lasy
het buurland
Lernen beginnen
kraj sąsiedzki
het jaar
Lernen beginnen
rok
het klimaat
Lernen beginnen
Klimat
het oosten
Lernen beginnen
wschód
het weerbericht
Lernen beginnen
prognoza pogody
het westen
Lernen beginnen
Zachód
bewolkt
Lernen beginnen
pochmurno
fris
Lernen beginnen
chłodny
gematigd
Lernen beginnen
umiarkowany
gemiddeld
Lernen beginnen
średnia
hoog(hogste)
Lernen beginnen
wysoki (Najwyższy)
laag
Lernen beginnen
niski
meer
Lernen beginnen
więcej
verschrikkelijk
Lernen beginnen
okroopnie
vlak
Lernen beginnen
płaski
warm
Lernen beginnen
gorący
zonnig
Lernen beginnen
słoneczny
dikwijls
Lernen beginnen
często
meestal
Lernen beginnen
głównie
nooit
Lernen beginnen
nigdy
nu
Lernen beginnen
teraz
ongeveer
Lernen beginnen
około
soms
Lernen beginnen
czasami
zelden
Lernen beginnen
rzadko
zoveel
Lernen beginnen
tyle
vinden
Lernen beginnen
znaleźć
vormen
Lernen beginnen
formować
waaien
Lernen beginnen
wiać
wandelen
Lernen beginnen
spacerować
of en toe
Lernen beginnen
od czasu do czasu
bevolking
Lernen beginnen
ludność
de zon schijnt
Lernen beginnen
świeci słońce
het regent
Lernen beginnen
pada
het is regenachtig
Lernen beginnen
jest deszczowo
de wind
Lernen beginnen
wiatr
de sneeuw
Lernen beginnen
śnieg
het sneeuwt
Lernen beginnen
pada śnieg
de mist
Lernen beginnen
mgła
er is mist
Lernen beginnen
jest mgła
het is mistig
Lernen beginnen
jest mglisto
de wolken
Lernen beginnen
chmury
er zijn wolken
Lernen beginnen
są chmury
het onweer
Lernen beginnen
burza
de bliksem
Lernen beginnen
Piorun
het onweert
Lernen beginnen
jest burza
het bliksemt
Lernen beginnen
błyska się
de hagel
Lernen beginnen
grad
het hagelt
Lernen beginnen
pada grad
de vorst
Lernen beginnen
mróz
het vriest
Lernen beginnen
jest mróz
de kou
Lernen beginnen
zimno
de hitte
Lernen beginnen
upał
het is heet
Lernen beginnen
jest gorąco
het guur
Lernen beginnen
jest wietrznie, zimno, pada

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.