Rozdział 9

 0    116 Datenblatt    magdaszkop
Lernen beginnen

mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
zawód
Lernen beginnen
het beroep
lekarz
Lernen beginnen
de dokter / de arts
policjant
Lernen beginnen
de politieagent
sprzedawca
Lernen beginnen
de verkoper
sprzedawczyni
Lernen beginnen
de verkoopster
inżynier
Lernen beginnen
de ingenieur
nauczyciel
Lernen beginnen
de leraar
nauczycielka
Lernen beginnen
de lerares
pielęgniarka
Lernen beginnen
de verpleegster
księgowy
Lernen beginnen
de boekhouder
kierownik
Lernen beginnen
de bedrijfsleider
dyrektor
Lernen beginnen
de directeur
sekretarka
Lernen beginnen
de secretaresse
kucharz
Lernen beginnen
de kok
pilot
Lernen beginnen
de piloot
strażak
Lernen beginnen
de brandweerman
aktor
Lernen beginnen
de acteur
aktorka
Lernen beginnen
de actrice
piosenkarz
Lernen beginnen
de zanger
piosenkarka
Lernen beginnen
de zangeres
dziennikarz
Lernen beginnen
de journalist
szpital
Lernen beginnen
het ziekenhuis
szkoła
Lernen beginnen
de school
sklep
Lernen beginnen
de winkel
bank
Lernen beginnen
de bank
praca
Lernen beginnen
het werk
pracować
Lernen beginnen
werken
w pracy
Lernen beginnen
op het werk
pracodawca
Lernen beginnen
de werkgever
pracownik
Lernen beginnen
de werknemer
szef
Lernen beginnen
de baas
przedsiębiorstwo, firma
Lernen beginnen
het bedrijf
dział
Lernen beginnen
de afdeling
biuro
Lernen beginnen
het bureau
pracować w biurze
Lernen beginnen
op een kantoor werken
obowiązki w pracy
Lernen beginnen
plichten op het werk
znaleźć pracę
Lernen beginnen
werk vinden
szukać pracy
Lernen beginnen
werk zoeken
zatrudnić kogoś
Lernen beginnen
iemand aanstellen
zwolnić kogoś
Lernen beginnen
iemand ontslaan
cv
Lernen beginnen
curriculum vitae
list motywacyjny
Lernen beginnen
de sollicitatiebrief
rozmowa kwalifikacyjna
Lernen beginnen
het sollicitatiegesprek
zarabiać pieniądze
Lernen beginnen
geld verdienen
pensja
Lernen beginnen
het salaris / het loon
doświadczenie zawodowe
Lernen beginnen
de werkervaring
dostać podwyżkę
Lernen beginnen
salarisverhoging krijgen
dostać awans
Lernen beginnen
promotie krijgen
pracować w nadgodzinach
Lernen beginnen
overuren maken
urlop, wakacje
Lernen beginnen
de vakantie
podatek
Lernen beginnen
de belasting
ubezpieczenie
Lernen beginnen
de verzekering
bezrobotny
Lernen beginnen
werkloos
przejść na emeryturę
Lernen beginnen
met pensioen gaan
okres wypowiedzenia
Lernen beginnen
de opzegtermijn
ogłoszenie
Lernen beginnen
de advertentie
biuro pośrednictwa pracy
Lernen beginnen
het uitzendbureau
gdzie pracujesz?
Lernen beginnen
waar werk je?
jaką pracę wykonujesz?
Lernen beginnen
wat voor werk doe je?
pracuję w szkole / w banku / w sklepie.
Lernen beginnen
Ik werk op een school / op een bank / in een winkel.
jestem kierownikiem w dziale handlowym.
Lernen beginnen
Ik ben manager op een handelsafdeling.
wymyślać
Lernen beginnen
verzinnen
aresztować
Lernen beginnen
arresteren
przestępca
Lernen beginnen
de misdadiger
nowe potrawy
Lernen beginnen
nieuwe gerechten
doradzać klientom
Lernen beginnen
de klanten aanraden
niebezpieczny
Lernen beginnen
gevaarlijk
goście
Lernen beginnen
de gasten
np.
Lernen beginnen
bv. (bijvoorbeeld)
lista produktów
Lernen beginnen
een productenlijst
nowe budynki
Lernen beginnen
nieuwe gebouwen
laboratorium
Lernen beginnen
het laboratorium
chemik
Lernen beginnen
de scheikundige
wymaga dużo doświadczenia
Lernen beginnen
vereist veel ervaring
chirurg
Lernen beginnen
de chirurg
stres
Lernen beginnen
de stress
dział handlowy
Lernen beginnen
de handelsafdeling
dzwonić
Lernen beginnen
opbellen
produkty
Lernen beginnen
de producten
blisko
Lernen beginnen
dichtbij
w zeszłym roku
Lernen beginnen
vorig jaar
zarabiać
Lernen beginnen
verdienen
na kursie
Lernen beginnen
op de training
poprzednia firma
Lernen beginnen
het vorige bedrijf
w mojej pracy
Lernen beginnen
op mijn werk
zajęty / zapracowany
Lernen beginnen
druk
być zajętym, zapracowanym
Lernen beginnen
het druk hebben
spotkanie
Lernen beginnen
de afspraak
listy i emaile
Lernen beginnen
brieven en e-mails
prawie
Lernen beginnen
bijna
dziennie
Lernen beginnen
per dag
jechać na wakacje
Lernen beginnen
op vakantie gaan
jak wiesz
Lernen beginnen
zoals je weet
zwolnić się
Lernen beginnen
ontslag nemen
ogłoszenia
Lernen beginnen
de advertenties
w gazecie
Lernen beginnen
in de krant
wysyłać
Lernen beginnen
versturen
kłótnia
Lernen beginnen
de ruzie
z pewnością
Lernen beginnen
zeker
lepiej niż tutaj
Lernen beginnen
beter dan hier
tydzień temu
Lernen beginnen
een week geleden
na emeryturze
Lernen beginnen
met pensioen
wydawnictwo
Lernen beginnen
de uitgeverij
różne
Lernen beginnen
verschillende
tam
Lernen beginnen
daar
wreszcie
Lernen beginnen
eindelijk
wydawca
Lernen beginnen
de uitgever
już nieciekawie
Lernen beginnen
niet meer leuk
pracownik
Lernen beginnen
de medewerker
tłumaczenie
Lernen beginnen
de vertaling
kandydat
Lernen beginnen
de sollicitant
także
Lernen beginnen
tevens
dopiero
Lernen beginnen
pas
płynnie
Lernen beginnen
vloeiend
ponieważ
Lernen beginnen
omdat
sklep ze sprzętem komputerowym
Lernen beginnen
de computerwinkel
Karteikarten erstellen
Nederlands, Vlaams

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.