→ Słówka Holenderskie IV → Start Lernen / Flashcards Herunterladen MP3

Frage		Antworten
Ik bel je zo terug Lernen beginnen		oddzwonię niezwłocznie
de inhoud Lernen beginnen		zawartość
de aanhef Lernen beginnen		preambuła
boodschap Lernen beginnen		wiadomość
de afsluiting Lernen beginnen		zamknięcie
herinneren Lernen beginnen		przypominać
reglelmatigheid Lernen beginnen		prawidłowość
gevolg Lernen beginnen		skutek
consistentie Lernen beginnen		konsekwentność
vaardigheden Lernen beginnen		umiejętności
werkzaamheden Lernen beginnen		zajęcia
onderdeel Lernen beginnen		część
begeleiden Lernen beginnen		towarzyszyć
daarbij Lernen beginnen		a tym samym
geduldig Lernen beginnen		cierpliwy
werksfeer Lernen beginnen		atmosfera pracy
bevlogen Lernen beginnen		namiętny
zakelijke brief Lernen beginnen		list formalny
waar je goed in bent Lernen beginnen		w czym jesteś dobry
verantwoordelijk Lernen beginnen		odpowiedzialny
bijlage Lernen beginnen		dodatek
ik zou lessen moeten hebben Lernen beginnen		Powinienem mieć lekcje
meteen Lernen beginnen		natychmiast
ik ga zo meteen Lernen beginnen		Zaraz będę
struiken Lernen beginnen		krzewy
tevreden Lernen beginnen		zadowolony
omgaan Lernen beginnen		Spędzać czas
voldoende Lernen beginnen		Wystarczająco
gelukt Lernen beginnen		udało się
de steen der wijzen zoeken Lernen beginnen		szukaj kamienia filozoficznego
wegen Lernen beginnen		ważyć
vergeetachtig Lernen beginnen		zapominalski
waarschijnlijk Lernen beginnen		prawdopodobny, prawdopodobnie
schommel Lernen beginnen		huśtawka
gelukkig Lernen beginnen		szczęśliwy
weinig Lernen beginnen		mało
meer Lernen beginnen		więcej
voorbeeld Lernen beginnen		przykład
afkeer Lernen beginnen		niechęć
verschil Lernen beginnen		różnica
mogelijk Lernen beginnen		możliwy
verder Lernen beginnen		dalszy, dalej
kans Lernen beginnen		okazja
jacht Lernen beginnen		polowanie
nog een keer Lernen beginnen		jeszcze raz
stem Lernen beginnen		głos
iemand een grote neep geven Lernen beginnen		dać komuś gówno
er mankeert iets in zijn bovenkamer Lernen beginnen		coś jest nie tak w jego górnym pokoju
granen Lernen beginnen		płatki
oprecht Lernen beginnen		szczerze
herhalende Lernen beginnen		powtórzenie
vestigen Lernen beginnen		rozstrzygać
favoriet Lernen beginnen		ulubiony
zonnebaden Lernen beginnen		opalać się
moedig Lernen beginnen		odważny
terugroepen Lernen beginnen		odwołanie
afgunst Lernen beginnen		zazdrość
ritssluiting Lernen beginnen		zamek błyskawiczny
reflecteren Lernen beginnen		odbijać
glans Lernen beginnen		połysk
baseren Lernen beginnen		baza
teller Lernen beginnen		licznik
leverancier Lernen beginnen		dostawca
familieleden Lernen beginnen		członkowie rodziny
plezier Lernen beginnen		przyjemność
gids Lernen beginnen		przewodnik
schakelaar Lernen beginnen		przełącznik
minderheid Lernen beginnen		mniejszość
het worstelen Lernen beginnen		zapasy
aankondiging Lernen beginnen		ogłoszenie
rijkdom Lernen beginnen		bogactwo
onderbreken Lernen beginnen		przerywać
voortdurend Lernen beginnen		stale
databank Lernen beginnen		Baza danych
fascinerend Lernen beginnen		fascynujący
kwartaal Lernen beginnen		jedna czwarta
dat paard zal mij niet meer slaan Lernen beginnen		ten koń nigdy mnie nie uderzy
kracht Lernen beginnen		moc
omzet Lernen beginnen		dochód
begraven Lernen beginnen		zakopywać
kant Lernen beginnen		z boku
vooruitgang Lernen beginnen		postęp
opschrift Lernen beginnen		napis
neerleggen Lernen beginnen		odłożyć
erbij Lernen beginnen		tam
wat is er van uw dienst? Lernen beginnen		jaka jest twoja usługa?
wat is er aan de hand? Lernen beginnen		co się dzieje?
wat is er gebeurd? Lernen beginnen		co się stało?
wat is er met hem/haar Lernen beginnen		co jest z nim / nią nie tak
neep Lernen beginnen		imitacja
dat kan wel wachten Lernen beginnen		to może poczekać
toelichtingen Lernen beginnen		wyjaśnienia
voetnoot Lernen beginnen		notatka
inhoud Lernen beginnen		zadowolony
voorwoord Lernen beginnen		przedmowa
de woordvolgorde Lernen beginnen		kolejność słów
de conjuncties Lernen beginnen		koniunkcje
de voegwoorden Lernen beginnen		koniunkcje
diegene Lernen beginnen		jeden
achterlaten Lernen beginnen		zapomnieć
geef Lernen beginnen		daj, daję
die Lernen beginnen		który, która, które

Słówka holenderskie IV

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.

Mehr