szkoda niderlandzki 2

 0    89 Datenblatt    damiank991
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
do zobaczenia
Lernen beginnen
Tot ziens, tot kijk
widzimy sie
Lernen beginnen
we spreken elkaar
do zobaczenia nastepnym razem
Lernen beginnen
tot de volgende keer
przyjemnego weekendu
Lernen beginnen
prettig weekend
czy mozesz sie przedstawic
Lernen beginnen
kun u zich voorstellen
przedstawić
Lernen beginnen
voorstellen
Przedstaw sie
Lernen beginnen
Stel jezelf voor
kim jestes
Lernen beginnen
wie ben je
jak sie nazywasz
Lernen beginnen
Wat is jouw naam, hoe heet je?
nazywam sie Damian
Lernen beginnen
Mijn naam is Damian, Ik heet Damian
Milo mi Cie poznac
Lernen beginnen
Aangenaam
Milo mi Pana/pania pozbac
Lernen beginnen
Prettig met u kennis te maken
Skad jestes
Lernen beginnen
Waar kom je vandaan
Z jakiego kraju pochodzisz
Lernen beginnen
Uit welk land kom je?
Jestem Polakiem
Lernen beginnen
Ik ben Pools
Jakiej jestes narodowosci
Lernen beginnen
Wat is jouw nationalieit
Skad on/ona jest?
Lernen beginnen
Waar komt hij/zij vandaan?
Gdzie mieszkasz
Lernen beginnen
Waar woon je
W jakim miescie mieszkasz
Lernen beginnen
In welke stad woon je
Mieszkam w Utrechcie
Lernen beginnen
Ik woon in Utrecht
W jakiej wsi mieszkasz
Lernen beginnen
In welke dorp woon je?
Mieszkam w Soest
Lernen beginnen
ik woon in Soest
Jak dlugo mieszkasz juz w Holandii
Lernen beginnen
Hoe lang woon je al in Nederland
mieszkam tu juz 4 lata
Lernen beginnen
Ik woon hier al 4 jaar
Ile masz lat
Lernen beginnen
Hoe oud ben je
W jakim wieku jestes?
Lernen beginnen
wat is je leeftijd?
Mam 31 lat
Lernen beginnen
Ik ben 31 jaar oud
Moj wiek to 31 lat
Lernen beginnen
Mijn leeftijd is 31 jaar
Nic sie nie zmieniles
Lernen beginnen
Je bent niks veranderd
Dobrze wygladasz
Lernen beginnen
Je ziet er goed uit
Wygladasz mlodo
Lernen beginnen
Je ziet er jong uit
Jaka prace wykonujesz?
Lernen beginnen
Wat voor werk doe je?
Czym sie zajmujesz
Lernen beginnen
Wat doe je in het dagelijkse leven
zycie codzienne
Lernen beginnen
alledaagse leven
Jestem spawaczem
Lernen beginnen
ik ben een lasser
Gdzie pracujesz
Lernen beginnen
Waar werk je
Pracuje w szkole
Lernen beginnen
ik werk op school
pracuje przez agencje pracy
Lernen beginnen
Ik werk via een uitzendbureau
jestem bezrobotny
Lernen beginnen
Ik ben werkloos
Szukam nowej pracy
Lernen beginnen
Ik ben op zoek naar een nieuwe baan
Zostalem zwolniony
Lernen beginnen
ik ben ontslagen
zwolniony
Lernen beginnen
ontslagen
zostalem przyjety do pracy
Lernen beginnen
Ik ben aangenomen (om te werken)
Mam nowa prace
Lernen beginnen
ik heb een nieuwe baan
czy moge wziasc wolne
Lernen beginnen
Mag ik een dagje vrij nemen
czy moge placic karta
Lernen beginnen
kan ik met de pas betalen
czy mozna placic gotowka
Lernen beginnen
Mag ik contant te betalen?
ile kosztuje
Lernen beginnen
Hoeveel kost het
czy moge zaplacic
Lernen beginnen
Mag ik betalen
Rachunek poprosze
Lernen beginnen
Ik wil graag de rekening
Czyja kolej?
Lernen beginnen
Wie is er aan de beurt?
Jak moge pomoc?
Lernen beginnen
Hoe kan ik u helpen?
Co moge dla pana zrobic
Lernen beginnen
Wat kan ik voor je doen
Czy moge prosic kilo jablek
Lernen beginnen
Mag ik een kilo appels?
Chcialbym dwa hamburgery
Lernen beginnen
Ik wil graag twee hamburgers
Dla mnie prosze dwa banany
Lernen beginnen
Voor mij, twee bananen, alsjeblieft
prosze o szesc
Lernen beginnen
Doet u er maar zes
Ser jest w promocji
Lernen beginnen
De kaas is in de aanbieding
Czy cos jeszcze
Lernen beginnen
Nog iets andersAnders nog iets, mevrouw
to wszystko
Lernen beginnen
dat is het/alles
czy to wszystko
Lernen beginnen
is dat alles?
Ile to kosztuje
Lernen beginnen
Wat kost dat?
Ile to kosztuje
Lernen beginnen
Hoeveel kost dat?
Ile place razem
Lernen beginnen
Hoeveel is het bij elkaar?
Ile musze zaplacic
Lernen beginnen
Hoeveel moet ik betalen?
czy mogę bilet do ...?
Lernen beginnen
Mag ik een kaartje naar ...?
Ile kosztuje bilet w dwie strony?
Lernen beginnen
Wat kost een retour?
O ktorej odjezdza pociag/autobus?
Lernen beginnen
Hoe laat vertrekt de trein/bus?
Ile trwa podroz
Lernen beginnen
Hoe lang duurt de reis?
Z ktorego peronu odjezdza pociag
Lernen beginnen
Van welk spoor vertrekt de trein
Gdzie mozna kupic bilet na pociag?
Lernen beginnen
Waar kan ik een treinkaartje kopen?
Ile kosztuje wynajem tego mieszkania
Lernen beginnen
Wat kost deze huurwoning?
Czy jest wifi
Lernen beginnen
Is er wifi
Jakie jest haslo
Lernen beginnen
Wat is het wachtwoord
Jestem zainteresowany
Lernen beginnen
ik ben geïnteresseerd
Wynajem jest za drogi
Lernen beginnen
De huur is te hoog
Gdzie nalezy wyrzucac smieci
Lernen beginnen
Waar moet je je afval weggooien?
Szafa jest popsuta
Lernen beginnen
deze kast is kapot
Lozko jest popsute
Lernen beginnen
Het bed is kapot
Denerwuja mnie sasiedzi
Lernen beginnen
Ik heb last van de buren
Ktora jest godzina?
Lernen beginnen
Hoe laat is het?
Czy masz czas
Lernen beginnen
Heb je tijd
Nie mam czasu
Lernen beginnen
ik heb geen tijd
Dokladnie
Lernen beginnen
Precies
Za kwadrans
Lernen beginnen
Over een kwartier
Okolo godziny 3
Lernen beginnen
Om Ongeveer 3 uur
za dwie godziny
Lernen beginnen
over twee uur
O ktorej godzinie
Lernen beginnen
Hoe laat
końcówka spawalnicza
Lernen beginnen
contact blaze

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.