→ Moja Lekcja → Start Lernen / Flashcards Herunterladen MP3

Frage		Antworten
mądrość Lernen beginnen		wijsheid
wrażliwość Lernen beginnen		gevoeligheid
rozsądny Lernen beginnen		redelijk
pewny siebie Lernen beginnen		zelfverzekerd
hojny Lernen beginnen		vrijgevig
nieśmiały Lernen beginnen		verlegen
skąpy Lernen beginnen		gierig
towarzyski Lernen beginnen		sociaal
wrażliwy Lernen beginnen		gevoelig
leniwy Lernen beginnen		lui
uprzejmy Lernen beginnen		beleefd
gadatliwy Lernen beginnen		spraakzaam
myjka ciśnieniowa Lernen beginnen		hogedrukreniger
rząd Lernen beginnen		regering
skromny Lernen beginnen		bescheiden
uparty Lernen beginnen		eigenwijs
środek czyszczący Lernen beginnen		schoonmaakmiddel
stowarzyszenie Lernen beginnen		vereniging
przerywać Dlaczego zawsze mi przerywasz? Lernen beginnen		onderbreken Waarom onderbreek je me altijd?
niegrzeczny Lernen beginnen		onbeleefd
obrona Lernen beginnen		verdediging
obrońca Lernen beginnen		verdediger
okrutny Lernen beginnen		wreed
głupi Lernen beginnen		stomme
błyszczący Lernen beginnen		glimmed
pamięć Lernen beginnen		geheugen
porównywalny Lernen beginnen		vergelijkbaar
porównanie Lernen beginnen		vergelijking
zakupy Lernen beginnen		inkopen
opór Lernen beginnen		het verzet
wilgoć Lernen beginnen		vocht
drenaż Lernen beginnen		afgieten
Śmieci Lernen beginnen		vuilnis
oszust Lernen beginnen		boefe
zadowolony z siebie Lernen beginnen		gemaakzuchtig
ignorować Nie zwracaj uwagi na hałas - kapela mojego syna ma próbę. Lernen beginnen		negeren Negeer het lawaai. Mijn zoons band repeteert.
wpływ Lernen beginnen		de invloed
zawierać Lernen beginnen		bevatten
zapewniać Lernen beginnen		verzekeren
zamiast Lernen beginnen		in plaats daarvan
wymagać Lernen beginnen		vereisen
natychmiast Lernen beginnen		meteen
dokładny Lernen beginnen		exact
unikać Dlaczego wszyscy mnie unikają? Lernen beginnen		vermijden Waarom vermijdt iedereen me?
rozważać Lernen beginnen		overwegen
pleśń Lernen beginnen		schimmel
brak Lernen beginnen		het gebrek
potępiać Ludzie potępiają to, czego nie rozumieją. Lernen beginnen		veroordelen Mensen veroordelen datgene dat ze niet begrijpen.
kopać Kopnij piłkę najmocniej jak potrafisz. Lernen beginnen		schoppen Schop de bal zo hard als je kan.
narzucać Mam nadzieję, że się nie narzucam... Lernen beginnen		opdringen Ik hoop dat ik me dringt niet op.
wspinać się Jak długo zajmuje wejście na Mount Everest? Lernen beginnen		klimmen Hoe lang duurt het om Mount Everest te beklimmen?
świadomy Lernen beginnen		bewust
własność Lernen beginnen		eigendom
stopień Lernen beginnen		graad
rozsądny Przestańcie się śmiać! Potrzebuję rozsądnej rady. Lernen beginnen		redelijk Stop met lachen! Ik heb een redelijk advies nodig.
perspektywiczny Lernen beginnen		vooruitzicht
dołączyć Czy mój młodszy brat może do nas dołączyć? Lernen beginnen		meedoen Kan mijn jongere broer met ons meedoen?
strach Lernen beginnen		angst
deklaracja Lernen beginnen		aangifte
przemoc Lernen beginnen		geweld
zasięg Lernen beginnen		bereik
zagrożenie Lernen beginnen		bedreiging
upuszczać Lernen beginnen		laten vallen
do Do czego to służy? Lernen beginnen		toe Waar dient het toe?
dostęp Lernen beginnen		toegang
obiekt Lernen beginnen		voorwerp
Pokonać Lernen beginnen		verslaan
polityka Lernen beginnen		beleid
transport Lernen beginnen		vervoer
firma Lernen beginnen		onderneming
plik Lernen beginnen		dossier
niechlujny Lernen beginnen		slordig
posiniaczony Lernen beginnen		gekneusd
Skala Lernen beginnen		schaal
próba Lernen beginnen		poging
surowy Lernen beginnen		rauw
szeroki Lernen beginnen		breed
wybitny Lernen beginnen		openstaande
zaprzeczać Lernen beginnen		ontkennen
zdolność Lernen beginnen		vermogen
otwór Lernen beginnen		gat
kwoty Lernen beginnen		bedraagt
wysiłek Lernen beginnen		inzet
osiągać Lernen beginnen		bereiken
przegrywa Lernen beginnen		nederlagen
zmartwychwstanie Lernen beginnen		wederopstanding
chociaż Lernen beginnen		hoewel
zwycięstwo Lernen beginnen		overwinning
pomimo Lernen beginnen		ondanks
rozległy Lernen beginnen		uitgebreid
pojawiać się Nagle pojawił się problem z wakacjami. Lernen beginnen		verschijnen Er verscheen plots een probleem met de vakantie.
z tym, tym Tym możesz robić zdjęcia. Lernen beginnen		daarmee Daarmee kunt je foto's maken.
wygasać Lernen beginnen		aflopen
nagle Lernen beginnen		plotseling
przeżył Lernen beginnen		overleefd
odwaga Lernen beginnen		moed
przebić się Lernen beginnen		doorbreken
skrócony Lernen beginnen		afgekort
negocjacja Lernen beginnen		onderhandeling
niekorzyść Lernen beginnen		nadeel
umowa Lernen beginnen		overeenkomst
spotkanie Lernen beginnen		bijeenkomst
plemię Lernen beginnen		kroost
pochmurny Lernen beginnen		bewolkt
wyczerpany Lernen beginnen		uitgebluste
rozkosz Lernen beginnen		gelukzaligheid
dług Lernen beginnen		de schuld
zadluzenie Lernen beginnen		schuldenlast
opiekować się Będziesz się mną opiekować, kiedy się zestarzeję? Lernen beginnen		verzorgen Zorg je voor me wanneer ik oud ben?
tematy rozmowy Lernen beginnen		gespreksonderwerpen
umiarkowany Lernen beginnen		matig
doceniać Lernen beginnen		waarderen
Przegląd Lernen beginnen		overzicht
podobieństwo Lernen beginnen		gelijkenis
uderzający Lernen beginnen		opvallende
świadomy Laura jest świadoma swojej urody. Lernen beginnen		bewust Laura is zich bewust van haar schoonheid.
nawet Nawet mój pies nie chce tego jeść. Lernen beginnen		zelfs Zelfs mijn hond wil dat niet eten.
powstało Lernen beginnen		ontstond
zajęty Lernen beginnen		bezet
Cena wywoławcza Lernen beginnen		vraagprijs
wgląd Lernen beginnen		inzicht
alternatywny Lernen beginnen		afwisselen
Oczyścić Lernen beginnen		afruimen
widok Lernen beginnen		zicht
udowadniać Musimy udowodnić, iż jest niewinny. Lernen beginnen		bewijzen We moeten bewijzen dat hij onschuldig is.
prywatny Lernen beginnen		particuliere
obsługiwać Lernen beginnen		bedienen
zrównoważony Lernen beginnen		duurzaame
przyczyna Lernen beginnen		veroorzaak
widoczny Lernen beginnen		zichtbaar
nieszczęście Lernen beginnen		ramp
nuda Lernen beginnen		verveling
wyrosnąć Lernen beginnen		uitgroien
zdezorientowany Marijke była tak zdezorientowana, że nie wiedziała, co robić. Lernen beginnen		verward Marijke was zo verward dat ze niet wist wat ze moest doen.
wlać Lernen beginnen		inschenken
określać Lernen beginnen		bepaal
ekonomiczny Lernen beginnen		zuinig
rozważać Lernen beginnen		beschouwen
wynika z Lernen beginnen		blijkt uit
spotkanie upamiętniające Lernen beginnen		herdenkingsbijeenkomst
osoby publiczne Lernen beginnen		prominenten
fakt Lernen beginnen		feit
zaproszony Lernen beginnen		genodigd
kompletny Lernen beginnen		afronden
ledwo Lernen beginnen		amper
strach Lernen beginnen		vreesen
mianowicie Lernen beginnen		namelijk
przed tym, tego Boję się tego. Lernen beginnen		ervoor Ik heb angst ervoor.
tego Lernen beginnen		daarvan
pod spodem Lernen beginnen		eronder
dostawcy energii Lernen beginnen		energie- leverancieres
frekwencja Lernen beginnen		opkomst
cesarskie cięcie Lernen beginnen		keizersnede
zmuszać Nie możesz mnie zmusić, żebym cię kochała! Lernen beginnen		dwingen Je kan me niet dwingen om van je te houden!
współczesna filozofia Lernen beginnen		tegenwoordig filosofie
uważane Lernen beginnen		geacht
sługa Lernen beginnen		dienares
wyjaśnienie Lernen beginnen		verduidelijking
warunki życia Lernen beginnen		levenomstandigheden
pokonał Lernen beginnen		veroveerd
oszczędzam Lernen beginnen		ik bespaar
gasi oświetlenie Lernen beginnen		dooft verlichting
iluminacja Lernen beginnen		verlichting
przyciemniony Lernen beginnen		gedimd
przekleństwo Lernen beginnen		scheldwoord
radość Lernen beginnen		vreugde
przytulony Lernen beginnen		omhelsde
właściwy Lernen beginnen		passende
na litość boską Lernen beginnen		hemelsnaam
odważyć się Lernen beginnen		durft
dobre samopoczucie Lernen beginnen		welzijn
znaczenie Lernen beginnen		betekenis
przeciwnie Lernen beginnen		tegenstellig
w przeciwieństwie Lernen beginnen		in tegenstelling
ogólnie Lernen beginnen		algemeen
wymiary Lernen beginnen		dimensies
rzucić światło Lernen beginnen		om licht te werpen
rzucać Lernen beginnen		werpen
założenie Lernen beginnen		aanname
wieczność Lernen beginnen		eeuwigheid
cierpieć Cierpiałem na depresje przez 5 lat. Lernen beginnen		lijden Voor 5 jaar leed ik aan depressie.
dwoje, obydwoje Zrób to obiema rękami. Lernen beginnen		beide Doe het met beide handen.
wymazać Lernen beginnen		uitwissen
wyobraźnia Lernen beginnen		verbeelding
odpowiedni Anouk uważa, że jest odpowiednią osobą do tej pracy. Lernen beginnen		geschikt Anouk denkt dat ze geschikt voor deze job is.
wyniszczające Lernen beginnen		verzwakkende
zaprzeczyć Lernen beginnen		ontkenen
rzeczywistość Lernen beginnen		werellijkheid
ozdobić Lernen beginnen		verfraaien
spostrzeżenia Lernen beginnen		inzichten
nadużywany Lernen beginnen		misbruikte
jakby, jak gdyby Zachowuje się, jakby nic się nie stało. Lernen beginnen		alsof Hij gedraagt zich alsof er niets gebeurd is.
podejście Lernen beginnen		benader
rdzeń Lernen beginnen		kern
uważane Lernen beginnen		beschouwden
badać Lernen beginnen		verkennen
ciągły Lernen beginnen		voortdurende
podeszły wiek Lernen beginnen		oudvaart
zbłąkany Lernen beginnen		verdwaald
gapić się Lernen beginnen		staard
wieczny Lernen beginnen		oneindig
spisek Lernen beginnen		samenzwering
wzory Lernen beginnen		patronen
trzymać Lernen beginnen		vasthouden
stale Lernen beginnen		voortdurend
całkowicie Lernen beginnen		volledig
uchwyt Lernen beginnen		greep
obrażony Lernen beginnen		beledigd
skomplikowane Lernen beginnen		ingewikkeld
chwyt Lernen beginnen		vastgrijpen
na bok Lernen beginnen		opzij
przeszłość Lernen beginnen		verleden
luki Lernen beginnen		lacunes
wykorzystany Lernen beginnen		benutte
odbić się Lernen beginnen		rebound
chociaż Lernen beginnen		hoewel
uprzednio Lernen beginnen		tevoren
niechętnie Lernen beginnen		tegenzin
wypędzać Lernen beginnen		verdrijven
zauważony Lernen beginnen		merkte
związek zawodowy Lernen beginnen		vakbond
wszystkie rodzaje Lernen beginnen		allerlei
świętokradztwo Lernen beginnen		heiligschennis
niespokojny Lernen beginnen		rusteloos
skoncentrowany Lernen beginnen		gericht
szacować Lernen beginnen		schatten
czyny Lernen beginnen		daden
zysk Lernen beginnen		winst
przełknąć Lernen beginnen		slikken
proces Lernen beginnen		verwerken
przyzwyczajony Lernen beginnen		gewend
wyciek Lernen beginnen		lekkage
podgrzewacz Lernen beginnen		kachel
odbicia Lernen beginnen		herovert
nagle Lernen beginnen		plotseling
trawienie Lernen beginnen		spijsvertering
wydajność Lernen beginnen		prestatie
przedmioty Lernen beginnen		voorwerpen
łzy Lernen beginnen		tranen
cierpieć Cierpiałem na depresje przez 5 lat. Lernen beginnen		lijden Voor 5 jaar leed ik aan depressie.
wyzdrowieć Mam nadzieję, że wkrótce wyzdrowiejesz. Lernen beginnen		genezen Ik hoop dat je binnenkort gezond wordt.
zewnętrzny Lernen beginnen		uitwendige
wnętrze Lernen beginnen		inwendige
dosyć Jest dosyć zimno. Lernen beginnen		nogal Het is nogal koud.
drastyczny Lernen beginnen		ingrijpend
cudowny Lernen beginnen		wonderbaarlijk
dookoła mnie Lernen beginnen		om mijn heen
wyjątkowy Lernen beginnen		uitzonderlijk
dosłownie Lernen beginnen		letterlijk
wieczny Lernen beginnen		oneindig
Bezwartościowy Lernen beginnen		waardlos
wartościowy Lernen beginnen		waardevol
czy zdajesz sobie sprawę Lernen beginnen		besef je
odtwarzać Lernen beginnen		herscheppen
kręgosłup Lernen beginnen		wervelkolom
swobodny, codzienny Nasze biuro oferuje swobodną i gościnną atmosferę. Lernen beginnen		ontspannen Ons bureau biedt een ontspannen en gastvrije sfeer.
intensywność Lernen beginnen		intensiteit
postawa Lernen beginnen		lichaamshouding
fizycznie Lernen beginnen		lichamelijk
odciąłem się Lernen beginnen		ik hak af
magik Lernen beginnen		goohchelaar
żołądek Lernen beginnen		maag
przetrwanie Lernen beginnen		overleving
najwyrazniej Lernen beginnen		blijkbaar
stać kogos, pozwolic sobie Lernen beginnen		veroorloven
plany Lernen beginnen		blauwdrukken
obietnica Lernen beginnen		belofte
spełniony Lernen beginnen		waargemaakt
nadprzyrodzony Lernen beginnen		bovennatuurlijk
zadziwiający Lernen beginnen		verbazingwekkend
nie mogę wytrzymać Lernen beginnen		ik kan niet vasthouden
zawalić się Lernen beginnen		instorten
nieomylny Lernen beginnen		onfeilbare
dezorientacja Lernen beginnen		verwarring
nieszczęście Lernen beginnen		ellende
Na tym Lernen beginnen		daarop
to dotyczy Lernen beginnen		dat geldt
nie obchodzi mnie to Lernen beginnen		kna niet schelen
byk Lernen beginnen		stier
skrzydełka Lernen beginnen		vleugels
gówno Lernen beginnen		stront
bażant Lernen beginnen		fazant
bujda Lernen beginnen		flauwekul
wahanie Lernen beginnen		aarzeling
dziobać Lernen beginnen		pikken
wszystkie rodzaje Lernen beginnen		allerlei
Giełda Papierów Wartościowych Lernen beginnen		beurs
dręczyć Lernen beginnen		kweilling
zawalić się Lernen beginnen		instort
uzależniony Lernen beginnen		verslaafd
szaleństwo Lernen beginnen		dwaasheid
obiektyw Lernen beginnen		lens
efekt Lernen beginnen		uitwerking
niezależny Lernen beginnen		zelfstandig
zalezny Lernen beginnen		afhankelijk
nieporozumienie Lernen beginnen		misverstand
pozbawiony czegoś Lernen beginnen		verstoken
rozważać Lernen beginnen		beschouwen
bezludny Lernen beginnen		onbewoond
utrzymać Lernen beginnen		onderhouden
równoległy Lernen beginnen		evenwijdige
uświadamia sobie Lernen beginnen		beseft
żaba Lernen beginnen		kikker
namiętny Lernen beginnen		hartstochtelijk
wrażliwość Lernen beginnen		ontvankelijkheid
przypadkowy Lernen beginnen		toevallig
uszkodzony Lernen beginnen		beschadigd
pianka Lernen beginnen		schuim
ukośny Lernen beginnen		schuin
działania Lernen beginnen		handelingen
niezgoda Lernen beginnen		onenigheid
prowadzony Lernen beginnen		begeleid
nadprzyrodzony Lernen beginnen		bovennatuurlijk
za każdym razem Lernen beginnen		telkens
niezmierzony Lernen beginnen		onmetelijke
rozprzestrzeniać Choroba rozprzestrzeniła się w całym kraju. Lernen beginnen		verspreiden De ziekte verspreidde zich over het hele land.
podrapywać Lernen beginnen		krabde
odwraca Lernen beginnen		omkeert
przerażony Lernen beginnen		ontzet
za chwilę Lernen beginnen		ogenblik
zagrożenie Lernen beginnen		dreiging
rozczarowany Lernen beginnen		teleurgesteld
okradziony Lernen beginnen		beroofd
Zranienie Lernen beginnen		letsel
odpowiedni Lernen beginnen		geschikt
dostępny Lernen beginnen		bereikbaar
zapobiec Lernen beginnen		voorkom
niezależny Lernen beginnen		zelfstandig
osiągnięcia Lernen beginnen		bereikeningen
niezależność Lernen beginnen		onafhankelijkheid
pochodzący Lernen beginnen		afkomstig
wynalazek Lernen beginnen		uitvinding
reżim Lernen beginnen		het bewind
zduszony Lernen beginnen		onderdrukt
Omawiać Lernen beginnen		overleggen

Moja lekcja

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.

Mehr