→ Rozdział 1 → Start Lernen / Flashcards Herunterladen MP3

Frage		Antworten
het centrum Lernen beginnen		śródmieście
het ziekenhuis Lernen beginnen		szpital
voorbeeld Lernen beginnen		przykład
de been Lernen beginnen		noga
op het einde Lernen beginnen		na koniec
het koninkrijk Lernen beginnen		Królestwo
het noorden Lernen beginnen		Północ
het zuiden Lernen beginnen		Południe
het parlament Lernen beginnen		parlament
het miljoen Lernen beginnen		milion
land Lernen beginnen		kraj
het Frans Lernen beginnen		Francuski
het Duits Lernen beginnen		Niemiecki
in het hart Lernen beginnen		w sercu
het kinderen Lernen beginnen		dzieci
het adres Lernen beginnen		adres
het adreskaartje Lernen beginnen		Wizytówka
het pronomen Lernen beginnen		zaimek
het gezin Lernen beginnen		rodzina
het beroep Lernen beginnen		zawód
complex Lernen beginnen		złożony
het kopje Lernen beginnen		filiżanka
het voertuigen Lernen beginnen		pojazdy
het water Lernen beginnen		Woda
het tijdschrift Lernen beginnen		magazyn
het ticket Lernen beginnen		bilet
het meisje Lernen beginnen		dziewczyna
het kind Lernen beginnen		dziecko
het fruitsap Lernen beginnen		sok
het bier Lernen beginnen		piwo
het artikel Lernen beginnen		rodzajnik
het beetje Lernen beginnen		troszeczkę
het alfabet Lernen beginnen		Alfabet
het vliegtuig Lernen beginnen		Samolot
het departement Lernen beginnen		wydział
de sterren Lernen beginnen		gwiazdy
de kippen Lernen beginnen		kurczaki
de bommen Lernen beginnen		bomby
de bal Lernen beginnen		Piłka
de secretaresse Lernen beginnen		sekretarka
de meisjesnaam Lernen beginnen		nazwisko panieńskie
de grondwet Lernen beginnen		Konstytucja
de republiek Lernen beginnen		Republika
de Waal Lernen beginnen		Walończyk
de Vlaming Lernen beginnen		Flamand
de taal Lernen beginnen		język
de staat Lernen beginnen		państwo
de rest Lernen beginnen		reszta/pozostała
de regio Lernen beginnen		region
de regering Lernen beginnen		Rząd
de provincie Lernen beginnen		Województwo
de koning Lernen beginnen		król
mens Lernen beginnen		człowiek
de hoofdstad Lernen beginnen		stolica
de groep Lernen beginnen		grupa
de functie Lernen beginnen		Funkcja
de Belg Lernen beginnen		Belgowie
de autonomie Lernen beginnen		autonomia
de persoonsvorm Lernen beginnen		czasownik/orzeczenie
morgen Lernen beginnen		jutro
Filharmonisch orkest Lernen beginnen		orkiestra filharmoniczna
de pianiste Lernen beginnen		pianistka
de econoom Lernen beginnen		ekonomista
de geboorteland Lernen beginnen		ojczyzna
de vraag Lernen beginnen		pytanie
de kaart Lernen beginnen		mapa
de journalist Lernen beginnen		Dziennikarz
de computerfirma Lernen beginnen		Firma komputerowa
de bestemming Lernen beginnen		Miejsce docelowe
de identificatie Lernen beginnen		identyfikacja
de plaats Lernen beginnen		miejsce
de afkorting Lernen beginnen		skrót
de moedertaal Lernen beginnen		język ojczysty
de slager Lernen beginnen		Rzeźnik
de bakker Lernen beginnen		piekarz
de accountant Lernen beginnen		księgowy
de assistent Lernen beginnen		asystent
de ex-collega Lernen beginnen		ex-kolega
de collega Lernen beginnen		kolega
de professor Lernen beginnen		profesor
de mensen Lernen beginnen		ludzie
de auto Lernen beginnen		Samochód
de baby Lernen beginnen		niemowle
de baby Lernen beginnen		niemowle
de bus Lernen beginnen		autobus
de jongen Lernen beginnen		chłopiec
de identiteitskaart Lernen beginnen		dowód osobisty
de krant Lernen beginnen		Gazeta
de man Lernen beginnen		człowiek
de melk Lernen beginnen		mleko
de taxi Lernen beginnen		Taxi
de thee Lernen beginnen		herbata
de trein Lernen beginnen		pociąg
de vrouw Lernen beginnen		kobiety
de whisky Lernen beginnen		whisky
de assistente Lernen beginnen		asystentka
de broer Lernen beginnen		brat
de economie Lernen beginnen		gospodarka
de filosofe Lernen beginnen		pani filozof
de filosoof Lernen beginnen		filozof
de firma Lernen beginnen		firma
de huisvrouw Lernen beginnen		gospodyni
de ingenieur Lernen beginnen		Inżynier
de marketingmanager Lernen beginnen		marketingmanager
de moeder Lernen beginnen		matka
de reis Lernen beginnen		Podróż
de vader Lernen beginnen		ojciec
de koffie Lernen beginnen		Kawa
de winkelier Lernen beginnen		sklepikarz
de schrijver Lernen beginnen		pisarz
de herkomst Lernen beginnen		pochodzenie
de leraar Lernen beginnen		nauczyciel
de bankbediende Lernen beginnen		urzędnik bankowy
met de vakantie Lernen beginnen		na wakacjach
de fotograaf Lernen beginnen		fotograf
de kappers Lernen beginnen		fryzjerzy
de realiteit Lernen beginnen		rzeczywistość
de inwoners Lernen beginnen		mieszkańcy
de structure Lernen beginnen		struktura
de verpleegkundige Lernen beginnen		Pielęgniarka
de ambtenaar Lernen beginnen		urzędnik
de bediende Lernen beginnen		sługa
de dochter Lernen beginnen		córka
de dokter Lernen beginnen		lekarz
de stad Lernen beginnen		miasto
de zoon Lernen beginnen		Syn
de zus Lernen beginnen		siostra
de universiteit Lernen beginnen		uniwersytet
de mevrouw Lernen beginnen		pani
de meneer Lernen beginnen		dżentelmen
de letter Lernen beginnen		litera
de achternaam Lernen beginnen		nazwisko
de dranken Lernen beginnen		napoje
de wijn Lernen beginnen		wino
de paraplu Lernen beginnen		parasol
de bril Lernen beginnen		okulary
de studente Lernen beginnen		studentka
de luchthaven Lernen beginnen		lotnisko
de naam Lernen beginnen		nazwa
de vriend Lernen beginnen		Przyjaciel
de vriendin Lernen beginnen		Dziewczyna
uw naam alstublieft Lernen beginnen		imię i nazwisko proszę
woonden Lernen beginnen		żyć
eindgroep Lernen beginnen		zakończenie
binnenkort Lernen beginnen		już wkrótce
meer dan Lernen beginnen		więcej niż
elke Lernen beginnen		każdy
of Lernen beginnen		czy
heel Lernen beginnen		bardzo
symbolische Lernen beginnen		symboliczny
relatief Lernen beginnen		względny
officieel Lernen beginnen		oficjalny
nationaal Lernen beginnen		narodowy
linguistisch Lernen beginnen		językowy
jong Lernen beginnen		młody
federaal Lernen beginnen		federalny
houd Lernen beginnen		miłość
aan zee Lernen beginnen		nad morzem
echt Lernen beginnen		naprawdę
Verenigde Staten Lernen beginnen		Stany Zjednoczone
Belgische Lernen beginnen		belgijski
welke Lernen beginnen		jaki
ceremonieel Lernen beginnen		ceremonialny
enkelvoudige Lernen beginnen		głównych
autonoom Lernen beginnen		autonomiczny
apart Lernen beginnen		osobno
nog Lernen beginnen		jeszcze
iets Lernen beginnen		coś
dus Lernen beginnen		więc
daar Lernen beginnen		tam
doen Lernen beginnen		zrobić
maar Lernen beginnen		ale
vergelijk Lernen beginnen		Porównać
waar Lernen beginnen		gdzie
wat Lernen beginnen		co
wie Lernen beginnen		kto
vraagwoorden Lernen beginnen		wyrazy pytające
Waar gaat Paolo naartoe? Lernen beginnen		Gdzie Paolo jedzie?
Waar ligt...? Lernen beginnen		Gdzie leży...?
Hoe heet dit in het Nederlands? Lernen beginnen		Jak to się nazywa w języku niderlandzkim?
dan Lernen beginnen		zatem
zo zo Lernen beginnen		ach tak
nog iets? Lernen beginnen		Coś jeszcze?
Wat doet hij? Lernen beginnen		Co on robi?
nieuwsgierig Lernen beginnen		ciekawy
een festje Lernen beginnen		imprezka
possessief Lernen beginnen		dzierżawczy
subject Lernen beginnen		osobowy
alstublieft Lernen beginnen		proszę
al lang Lernen beginnen		już długo
ander Lernen beginnen		inny
academisch Lernen beginnen		uniwersytecki
woonplaats Lernen beginnen		miejsce zamieszkania
geboorteplaats Lernen beginnen		miejsce urodzenia
excuseer Lernen beginnen		przepraszam
dank u wel Lernen beginnen		dziękuję panu/pani
ook Lernen beginnen		także
samen Lernen beginnen		razem
getrouwd Lernen beginnen		żonaty
geboren Lernen beginnen		urodzony
prettig Lernen beginnen		ładny
daar Lernen beginnen		tam
dood Lernen beginnen		śmierć
zichzelf voorstellen Lernen beginnen		przedstawienie się
getrouwd met Lernen beginnen		żonaty z
bij Lernen beginnen		w
rijdt Lernen beginnen		jedzie
draagt Lernen beginnen		nosi
duur Lernen beginnen		drogi
koud Lernen beginnen		zimno
zee Lernen beginnen		morze
van vandag Lernen beginnen		z dziś
leest Lernen beginnen		czyta
warm Lernen beginnen		gorący
fles Lernen beginnen		butelka
klein Lernen beginnen		małe
vliegt Lernen beginnen		latający
bepaald Lernen beginnen		stały/określony
onbepaald Lernen beginnen		nieokreślony
niet waar Lernen beginnen		fałszywy
waar Lernen beginnen		prawdziwe?
hier Lernen beginnen		tutaj
groeten Lernen beginnen		powitać
bij weggaan Lernen beginnen		podczas pożegnania
bij ontmoeten Lernen beginnen		podczas przywitania
goed Lernen beginnen		dobrze
tot ziens Lernen beginnen		do zobaczenia
goednavond Lernen beginnen		dobry wieczór
goedmiddag Lernen beginnen		dzień dobry po 12
goedendag Lernen beginnen		dzień dobry przed 12
Welkom aan boord Lernen beginnen		Witamy na pokładzie
goedemorgen Lernen beginnen		dzień dobry przed 12
natuurlijk Lernen beginnen		oczywiście
zich voorstellen Lernen beginnen		przedstawiać się
gescheiden Lernen beginnen		rozwiedziony
ouderen Lernen beginnen		starsi
vreemden Lernen beginnen		obcy
activiteit Lernen beginnen		działalność
naar Lernen beginnen		do
voor Lernen beginnen		dla
de relatie Lernen beginnen		relacja
neemt Lernen beginnen		trwa
wachten op Lernen beginnen		oczekiwać
nu Lernen beginnen		już
vriendelijk Lernen beginnen		przyjazny
sinds Lernen beginnen		od (ang since)
soms hard Lernen beginnen		czasami trudno
als Lernen beginnen		jako

Rozdział 1

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.

Mehr