→ Zielona Ksiazka → Start Lernen / Flashcards Herunterladen MP3

Frage		Antworten
surowy, wymagający Lernen beginnen		streng
nieśmiały Lernen beginnen		verlegen
uważny Lernen beginnen		attent
cierpliwy Lernen beginnen		geduldig
pełen szacunku Lernen beginnen		respectvool
spontaniczny Lernen beginnen		spontaan
poważny Lernen beginnen		serieus
ciekawski Lernen beginnen		nieuwsgierig
nerwowy Lernen beginnen		zenuwachtig
ostrożny, ostrożnie Lernen beginnen		voorzichtig
rozsądny Lernen beginnen		verstandig
sympatyczny Lernen beginnen		sympathiek
mądry, pojętny Lernen beginnen		slim
porządny Lernen beginnen		netjes
leniwy Lernen beginnen		lui
szczery, uczciwy Lernen beginnen		eerlijk
prosty Lernen beginnen		eenvoudig
ciekawy Lernen beginnen		benieuwd
godny zaufania Lernen beginnen		betrouwbaar
uprzejmy Lernen beginnen		beleefd
czasownik modalny służący do wyrażania przyszłości i trybu przypuszczającego Lernen beginnen		zult
Co jadłeś dziś rano? Lernen beginnen		wat heb jij vanochtend gegeten?
Co twój przyjaciel jadł dziś rano? Lernen beginnen		Wat heeft jouw vriend vanochtend gegeten?
Zjadłem dziś rano kanapkę z serem Lernen beginnen		ik heb vanochtend een brodje kaas gegeten
Mój chłopak nic nie jadł Lernen beginnen		Mijn vriend heeft niks gegeten
Co piłeś dziś rano Lernen beginnen		Wat heb jij vanochtend gedronken
Dziś rano piłem kawę Lernen beginnen		Ik heb vanochtend koffie gedronken
mieliśmy kiedyś psa Lernen beginnen		we hebben ooit een hond gehad
miał Lernen beginnen		gehad
czy masz związek? Lernen beginnen		heb je een relatie?
Jestem w związku od ośmiu lat Lernen beginnen		ik heb nu acht jaar een relatie
kłamstwa Lernen beginnen		liegt
Gdzie byłeś wczoraj? Lernen beginnen		Waar ben je gisteren gewest?
poszedłem wczoraj do pracy Lernen beginnen		ik ben gisteren naar in werk gewest
jasny Lernen beginnen		licht
łatwy Lernen beginnen		gemakkelijk
zły, niewłaściwy Lernen beginnen		verkeerd
poprawny, dobry Lernen beginnen		juist
za chwilę, zaraz Lernen beginnen		straks
brzydki Lernen beginnen		lelijk
kochany Lernen beginnen		lief
codzoziemiec Lernen beginnen		buitenlander
ważny Lernen beginnen		belangrijk
niesamowicie Lernen beginnen		ontzettend
oba, oboje, obydwoje Lernen beginnen		allebei
wybierać Lernen beginnen		kiezen
gorzej Lernen beginnen		slechter
twardy Lernen beginnen		hard
miękki Lernen beginnen		zacht
niski Lernen beginnen		laag
mieszkanie Lernen beginnen		flat
mało Lernen beginnen		weinig
ponury, smutny Lernen beginnen		somber
nieprawidłowy Lernen beginnen		fout
zły, niewłaściwy Lernen beginnen		verkeerd
drogi Lernen beginnen		duur
szeroka Lernen beginnen		breed
śnieg Lernen beginnen		sneeuw
tani Lernen beginnen		goedkoop
zastanawiać się Lernen beginnen		zich afvragen
wtrącać się Lernen beginnen		zich bemoeien
znajdować się Lernen beginnen		zich bevinden
zachowywać się Lernen beginnen		zich gedragen
spieszyc się Lernen beginnen		zich haasten
zapamiętać Lernen beginnen		zich herinneren
wytężać się Lernen beginnen		zich inspannen
wstydzić się Lernen beginnen		zich schamen
mylić się Lernen beginnen		zich vergissen
cieszyć się Lernen beginnen		zich verheugen
zaręczać się Lernen beginnen		zich verloven
dławić się Lernen beginnen		zich verslikken
wygadać się Lernen beginnen		zich verspreken
orientować się Lernen beginnen		zich oriënteren op
koncentrować Lernen beginnen		zich concentreren
zdawać sobie sprawę Lernen beginnen		zich realiseren
przedstawić sie Lernen beginnen		zich voorstellen

zielona ksiazka

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.

Mehr